Home ->Woordenboeken ->Duits/Zweeds ->Zoek: Verbindlichkeit

Duitse en Zweedse zoekresultaten voor: Verbindlichkeit

Overzicht

Duits naar Zweeds: Meer gegevens...

Verbindlichkeit:
- obligation; plikt; skulder
Wiktionary:
- Verbindlichkeit → skuld

Duits

Uitgebreide vertaling voor Verbindlichkeit (Duits) in het Zweeds

Verbindlichkeit:

Verbindlichkeit [die ~] zelfstandig naamwoord

die Verbindlichkeit (Verpflichtung; Gebundenheit; Gebot)
obligation; plikt
- obligation [-en] zelfstandig naamwoord
- plikt [-en] zelfstandig naamwoord
die Verbindlichkeit (Passiva; Verbindlichkeiten)
skulder
- skulder zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Verbindlichkeit:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
obligation	Gebot; Gebundenheit; Verbindlichkeit; Verpflichtung	Anlagepapier; Erfordernis; Gebot; Gelöbnis; Gelübde; Schuldverschreibung; Versprechen; Wertpapier
plikt	Gebot; Gebundenheit; Verbindlichkeit; Verpflichtung	Pflicht
skulder	Passiva; Verbindlichkeit; Verbindlichkeiten	Schuld

Synoniemen voor "Verbindlichkeit":

Freundlichkeit; Höflichkeit; Charaktereigenschaft; Charakterzug; Eigenschaft; Einstellung; Haltung; Merkmal; Zug
Agenda; Obliegenheit; Pflicht; Schuldigkeit; Verpflichtung

Wiktionary: Verbindlichkeit

Cross Translation:

From	To	Via
• Verbindlichkeit	→ skuld	↔ debt — action, state of mind, or object one has an obligation to perform for another
• Verbindlichkeit	→ skuld	↔ debt — state or condition of owing something to another
• Verbindlichkeit	→ skuld	↔ debt — money that one person or entity owes or is required to pay to another