Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. Zink:
  2. Wiktionary:
Zweeds naar Duits:   Meer gegevens...
  1. zink:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor Zink (Duits) in het Zweeds

Zink:

Zink [das ~] zelfstandig naamwoord

  1. Zink
    zink
    • zink [-en] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor Zink:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
zink Zink
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
zink aus Zink

Synoniemen voor "Zink":

  • Zn; Nebengruppenelement

Wiktionary: Zink

Zink
noun
  1. Musik: historisches Blasinstrument mit einem konischen Rohr aus Holz oder Elfenbein, Grifflöchern und einem angesetzten oder eingedrehten Trompetenmundstück
  2. Chemie: chemisches Element mit der Ordnungszahl 30; bläulich-weißes, leicht formbares Metall

Cross Translation:
FromToVia
Zink zink zink — , een scheikundig element met symbool Zn en atoomnummer 30. Het is een blauw/wit overgangsmetaal
Zink zink zinc — Element
Zink zink zinc — chimie|nocat=1 au singulier élément chimique.

Verwante vertalingen van Zink



Zweeds

Uitgebreide vertaling voor Zink (Zweeds) in het Duits

zink:

zink bijvoeglijk naamwoord

  1. zink
    aus Zink

zink [-en] zelfstandig naamwoord

  1. zink
    Zink
    • Zink [das ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor zink:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Zink zink
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
aus Zink kasta; slänga
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
aus Zink zink

Wiktionary: zink

zink
noun
  1. Chemie: chemisches Element mit der Ordnungszahl 30; bläulich-weißes, leicht formbares Metall

Cross Translation:
FromToVia
zink Zink zink — , een scheikundig element met symbool Zn en atoomnummer 30. Het is een blauw/wit overgangsmetaal
zink Zink zinc — Element
zink Zink zinc — chimie|nocat=1 au singulier élément chimique.