Overzicht
Duits naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. dahin:
  2. Wiktionary:


Duits

Uitgebreide vertaling voor dahin (Duits) in het Zweeds

dahin:

dahin bijvoeglijk naamwoord

  1. dahin (dorthin; dahinaus)
    ditåt
    • ditåt bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor dahin:

BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
ditåt dahin; dahinaus; dorthin

Synoniemen voor "dahin":

  • dorthin
  • dahingehend; in dem Sinne; in diesem Sinne

Wiktionary: dahin

dahin
adverb
  1. bezeichnet einen Zeitpunkt
  2. bezeichnet eine Richtung (beispielsweise eines Bestrebens)
    • dahindit
  3. bezeichnet einen Ort (häufig mit Verben der Bewegung)
    • dahindit

Cross Translation:
FromToVia
dahin dit; där there — to or into that place; thither
dahin dit thither — to that place