Overzicht
Engels naar Duits:   Meer gegevens...
  1. boos:
  2. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor boos (Engels) in het Duits

boos:

boos [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the boos (booing; hooting)
    Johlen
    • Johlen [das ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor boos:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Johlen booing; boos; hooting derision; howling; jeering; name-calling; roaring; scornful laughter; shout; yelling

Wiktionary: boos

boos
noun
  1. der Ausrufbuh“ vor allem zum Erschrecken, aber auch zur Unmutsbekundung