Overzicht
Engels naar Duits:   Meer gegevens...
  1. incumbent:
  2. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor incumbent (Engels) in het Duits

incumbent:

incumbent [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the incumbent (regent; viceroy)
    der Fürst; der Herrscher; der Statthalter; der Regent; der Gouverneur; der Generalgouverneur

Vertaal Matrix voor incumbent:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
Fürst incumbent; regent; viceroy boss; chief; gent; king; leader; lord; master; mister; monarch; principal; ruler; sovereign
Generalgouverneur incumbent; regent; viceroy
Gouverneur incumbent; regent; viceroy governor; viceroy
Herrscher incumbent; regent; viceroy boss; chief; commander; gent; king; leader; lord; master; mister; monarch; principal; regent; ruler; sovereign; usurper
Regent incumbent; regent; viceroy
Statthalter incumbent; regent; viceroy governor; viceroy
- officeholder

Verwante woorden van "incumbent":

  • incumbents

Synoniemen voor "incumbent":


Verwante definities voor "incumbent":

  1. currently holding an office1
    • the incumbent governor1
  2. necessary (for someone) as a duty or responsibility; morally binding1
    • it is incumbent on them to pay their own debts1
  3. lying or leaning on something else1
    • an incumbent geological formation1
  4. the official who holds an office1

Wiktionary: incumbent

incumbent
noun
  1. current holder of an office
adjective
  1. being the current holder of an office
incumbent
Cross Translation:
FromToVia
incumbent Geistliche; Pastor; Pfarrer; Priester curéprêtre de l'église catholique romaine pourvoir d’une cure.
incumbent obliegen incomber — être de la responsabilité de quelqu’un