Engels

Uitgebreide synoniemen voor cavity in het Engels

cavity:

cavity [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the cavity
    the gap; the cavity; the interstice; the cut-away; the opening; the hole; the crevice; the gash; the fissure; the cleft; the cranny; the saving
    • gap [the ~] zelfstandig naamwoord
    • cavity [the ~] zelfstandig naamwoord
    • interstice [the ~] zelfstandig naamwoord
    • cut-away [the ~] zelfstandig naamwoord
    • opening [the ~] zelfstandig naamwoord
    • hole [the ~] zelfstandig naamwoord
    • crevice [the ~] zelfstandig naamwoord
    • gash [the ~] zelfstandig naamwoord
    • fissure [the ~] zelfstandig naamwoord
    • cleft [the ~] zelfstandig naamwoord
    • cranny [the ~] zelfstandig naamwoord
    • saving [the ~] zelfstandig naamwoord
  2. the cavity
    the cavity; the hollow; the hole
    • cavity [the ~] zelfstandig naamwoord
    • hollow [the ~] zelfstandig naamwoord
    • hole [the ~] zelfstandig naamwoord
  3. the cavity
    the cavity; the niche; the alcove; the hollow
    • cavity [the ~] zelfstandig naamwoord
    • niche [the ~] zelfstandig naamwoord
    • alcove [the ~] zelfstandig naamwoord
    • hollow [the ~] zelfstandig naamwoord
  4. the cavity
    the niche; the cavity
    • niche [the ~] zelfstandig naamwoord
    • cavity [the ~] zelfstandig naamwoord
  5. the cavity
    the niche; the cavity; the compartment
    • niche [the ~] zelfstandig naamwoord
    • cavity [the ~] zelfstandig naamwoord
    • compartment [the ~] zelfstandig naamwoord
  6. the cavity
    the tooth decay; the cavity; the dental disease
  7. the cavity
    – (anatomy) a natural hollow or sinus within the body 1
    the cavity; the bodily cavity; the cavum
    – (anatomy) a natural hollow or sinus within the body 1
  8. the cavity
    – a sizeable hole (usually in the ground) 1
    the cavity; the pit
    – a sizeable hole (usually in the ground) 1
    • cavity [the ~] zelfstandig naamwoord
    • pit [the ~] zelfstandig naamwoord
      • they dug a pit to bury the body1
  9. the cavity
    – soft decayed area in a tooth; progressive decay can lead to the death of a tooth 1
    the cavity; the caries; the tooth decay; the dental caries
    – soft decayed area in a tooth; progressive decay can lead to the death of a tooth 1
  10. the cavity
    – space that is surrounded by something 1
    the cavity; the enclosed space
    – space that is surrounded by something 1

Verwante woorden van "cavity":

  • concavity, cavities

Alternatieve synoniemen voor "cavity":


Verwante definities voor "cavity":

  1. (anatomy) a natural hollow or sinus within the body1
  2. a sizeable hole (usually in the ground)1
  3. soft decayed area in a tooth; progressive decay can lead to the death of a tooth1
  4. space that is surrounded by something1

Verwante synoniemen voor cavity