Overzicht
Engels Synoniemen:   Meer gegevens...
  1. customer:


Engels

Uitgebreide synoniemen voor customer in het Engels

customer:

customer [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the customer
    the customer; the client
    • customer [the ~] zelfstandig naamwoord
    • client [the ~] zelfstandig naamwoord
  2. the customer
    the principal; the client; the customer
    • principal [the ~] zelfstandig naamwoord
    • client [the ~] zelfstandig naamwoord
    • customer [the ~] zelfstandig naamwoord
  3. the customer
    – someone who pays for goods or services 1
    the customer; the client
    – someone who pays for goods or services 1
    • customer [the ~] zelfstandig naamwoord
    • client [the ~] zelfstandig naamwoord
  4. the customer
    – A person or company to whom your company sells products or services. 2
    the customer
    – A person or company to whom your company sells products or services. 2
    • customer [the ~] zelfstandig naamwoord
  5. the customer
    – The account or contact with which a business unit conducts a business transaction. 2
    the customer
    – The account or contact with which a business unit conducts a business transaction. 2
    • customer [the ~] zelfstandig naamwoord

Verwante woorden van "customer":


Alternatieve synoniemen voor "customer":


Verwante definities voor "customer":

  1. someone who pays for goods or services1
  2. A person or company to whom your company sells products or services.2
  3. The account or contact with which a business unit conducts a business transaction.2

Verwante synoniemen voor customer