Engels

Uitgebreide synoniemen voor fictitious in het Engels

fictitious:

fictitious bijvoeglijk naamwoord

  1. fictitious
    fictitious; fictive; imaginary; invented; notional
  2. fictitious
    fictitious; fictive
  3. fictitious
    imaginary; fictitious; illusive; illusory; fancied
  4. fictitious
    false; fictitious; faked; feigned; sham; stingy; not genuine; bogus; mean
  5. fictitious
    – adopted in order to deceive 1
    sham; false; fictitious; put on; pretended; fictive; assumed
    – adopted in order to deceive 1
    • sham bijvoeglijk naamwoord
      • sham modesty1
    • false bijvoeglijk naamwoord
    • fictitious bijvoeglijk naamwoord
      • a fictitious address1
    • put on bijvoeglijk naamwoord
    • pretended bijvoeglijk naamwoord
      • a pretended interest1
    • fictive bijvoeglijk naamwoord
      • fictive sympathy1
    • assumed bijvoeglijk naamwoord
      • an assumed name1
      • an assumed cheerfulness1
  6. fictitious
    – formed or conceived by the imagination 1
    fictitious; fancied; fictional; fabricated
    – formed or conceived by the imagination 1
    • fictitious bijvoeglijk naamwoord
    • fancied bijvoeglijk naamwoord
      • a fancied wrong1
    • fictional bijvoeglijk naamwoord
      • a fictional character1
    • fabricated bijvoeglijk naamwoord
      • a fabricated excuse for his absence1

Verwante woorden van "fictitious":

  • fictitiously

Alternatieve synoniemen voor "fictitious":


Verwante definities voor "fictitious":

  1. adopted in order to deceive1
    • a fictitious address1
  2. formed or conceived by the imagination1

Verwante synoniemen voor fictitious