Home ->Woordenboeken ->Engels/Engels ->Vertaal muck

Synoniemen voor "muck" in het Engels

Overzicht
Engels Synoniemen:   Meer gegevens...
  1. muck:

Engels

Uitgebreide synoniemen voor muck in het Engels

muck:

muck [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the muck
    the sludge; the muck; the sediment; the dregs; the lees
    • sludge [the ~] zelfstandig naamwoord
    • muck [the ~] zelfstandig naamwoord
    • sediment [the ~] zelfstandig naamwoord
    • dregs [the ~] zelfstandig naamwoord
    • lees [the ~] zelfstandig naamwoord
  2. the muck
    the sediment; the residues; the sediments; the sludge; the lees; the muck; the dregs
    • sediment [the ~] zelfstandig naamwoord
    • residues [the ~] zelfstandig naamwoord
    • sediments [the ~] zelfstandig naamwoord
    • sludge [the ~] zelfstandig naamwoord
    • lees [the ~] zelfstandig naamwoord
    • muck [the ~] zelfstandig naamwoord
    • dregs [the ~] zelfstandig naamwoord
  3. the muck
    the filth; the dirtyness; the filthy; the smut; the dirty; the muck; the dirt; the slovenliness; the obscenity; the carelessness; the inaccuracy; the sloppiness
    • filth [the ~] zelfstandig naamwoord
    • dirtyness [the ~] zelfstandig naamwoord
    • filthy [the ~] zelfstandig naamwoord
    • smut [the ~] zelfstandig naamwoord
    • dirty [the ~] zelfstandig naamwoord
    • muck [the ~] zelfstandig naamwoord
    • dirt [the ~] zelfstandig naamwoord
    • slovenliness [the ~] zelfstandig naamwoord
    • obscenity [the ~] zelfstandig naamwoord
    • carelessness [the ~] zelfstandig naamwoord
    • inaccuracy [the ~] zelfstandig naamwoord
    • sloppiness [the ~] zelfstandig naamwoord
  4. the muck
    the obscenity; the filthyness; the muck; the filth; the smut; the sloppiness; the dirtyness
    • obscenity [the ~] zelfstandig naamwoord
    • filthyness [the ~] zelfstandig naamwoord
    • muck [the ~] zelfstandig naamwoord
    • filth [the ~] zelfstandig naamwoord
    • smut [the ~] zelfstandig naamwoord
    • sloppiness [the ~] zelfstandig naamwoord
    • dirtyness [the ~] zelfstandig naamwoord
  5. the muck
    – fecal matter of animals 1
    the muck; the dung; the droppings
    – fecal matter of animals 1
    • muck [the ~] zelfstandig naamwoord
    • dung [the ~] zelfstandig naamwoord
    • droppings [the ~] zelfstandig naamwoord
  6. the muck
    – any thick, viscous matter 1
    the muck; the sludge; the ooze; the slime; the gook; the gunk; the goop; the goo; the guck
    – any thick, viscous matter 1
    • muck [the ~] zelfstandig naamwoord
    • sludge [the ~] zelfstandig naamwoord
    • ooze [the ~] zelfstandig naamwoord
    • slime [the ~] zelfstandig naamwoord
    • gook [the ~] zelfstandig naamwoord
    • gunk [the ~] zelfstandig naamwoord
    • goop [the ~] zelfstandig naamwoord
    • goo [the ~] zelfstandig naamwoord
    • guck [the ~] zelfstandig naamwoord

muck bijvoeglijk naamwoord

  1. muck
    messy; smudged; gross; shabby; muck; rotten; seedy; grimy; grubby
    • messy bijvoeglijk naamwoord
    • smudged bijvoeglijk naamwoord
    • gross bijvoeglijk naamwoord
    • shabby bijvoeglijk naamwoord
    • muck bijvoeglijk naamwoord
    • rotten bijvoeglijk naamwoord
    • seedy bijvoeglijk naamwoord
    • grimy bijvoeglijk naamwoord
    • grubby bijvoeglijk naamwoord

to muck werkwoord (mucks, mucked, mucking)

  1. to muck
    to muddle; to fiddle; to muck; to monkey; to fumble; to mess about
    • muddle werkwoord (muddles, muddled, muddling)
    • fiddle werkwoord (fiddles, fiddled, fiddling)
    • muck werkwoord (mucks, mucked, mucking)
    • monkey werkwoord (monkeys, monkeyed, monkeying)
    • fumble werkwoord (fumbles, fumbled, fumbling)
    • mess about werkwoord (messes about, messed about, messing about)
  2. to muck
    – remove muck, clear away muck, as in a mine 1
    to muck
    – remove muck, clear away muck, as in a mine 1
    • muck werkwoord (mucks, mucked, mucking)
  3. to muck
    – soil with mud, muck, or mire 1
    mud; to muck; mire; to muck up
    – soil with mud, muck, or mire 1
    • mud werkwoord
    • muck werkwoord (mucks, mucked, mucking)
      • The child mucked up his shirt while playing ball in the garden1
    • mire werkwoord
    • muck up werkwoord (mucks up, mucked up, mucking up)
  4. to muck
    – spread manure, as for fertilization 1
    to manure; to muck
    – spread manure, as for fertilization 1
    • manure werkwoord (manures, manured, manuring)
    • muck werkwoord (mucks, mucked, mucking)

Conjugations for muck:

present
  1. muck
  2. muck
  3. mucks
  4. muck
  5. muck
  6. muck
simple past
  1. mucked
  2. mucked
  3. mucked
  4. mucked
  5. mucked
  6. mucked
present perfect
  1. have mucked
  2. have mucked
  3. has mucked
  4. have mucked
  5. have mucked
  6. have mucked
past continuous
  1. was mucking
  2. were mucking
  3. was mucking
  4. were mucking
  5. were mucking
  6. were mucking
future
  1. shall muck
  2. will muck
  3. will muck
  4. shall muck
  5. will muck
  6. will muck
continuous present
  1. am mucking
  2. are mucking
  3. is mucking
  4. are mucking
  5. are mucking
  6. are mucking
subjunctive
  1. be mucked
  2. be mucked
  3. be mucked
  4. be mucked
  5. be mucked
  6. be mucked
diverse
  1. muck!
  2. let's muck!
  5. mucked
  6. mucking
1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they

Verwante woorden van "muck":

  • mucking, mucks

Alternatieve synoniemen voor "muck":


Verwante definities voor "muck":

  1. fecal matter of animals1
  2. any thick, viscous matter1
  3. remove muck, clear away muck, as in a mine1
  4. soil with mud, muck, or mire1
    • The child mucked up his shirt while playing ball in the garden1
  5. spread manure, as for fertilization1

Verwante synoniemen voor muck







Uw gratis, snelle en simpele vertaal woordenboek

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Pagina gepresenteerd in 0.0282 seconde
Page rendered in 1.0 seconds