Overzicht


Engels

Uitgebreide synoniemen voor six in het Engels

six:

six [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the six
    the six; the half a dozen
    • six [the ~] zelfstandig naamwoord
    • half a dozen [the ~] zelfstandig naamwoord
  2. the six
    – a playing card or domino or die whose upward face shows six pips 1
    the six; the six-spot
    – a playing card or domino or die whose upward face shows six pips 1
    • six [the ~] zelfstandig naamwoord
    • six-spot [the ~] zelfstandig naamwoord

six

  1. six

six bijvoeglijk naamwoord

  1. six
    – denoting a quantity consisting of six items or units 1
    six; half-dozen; 6; vi; half dozen
    – denoting a quantity consisting of six items or units 1
    • six bijvoeglijk naamwoord
    • half-dozen bijvoeglijk naamwoord
    • 6 bijvoeglijk naamwoord
    • vi bijvoeglijk naamwoord
    • half dozen bijvoeglijk naamwoord

Verwante woorden van "six":


Alternatieve synoniemen voor "six":


Verwante definities voor "six":

  1. denoting a quantity consisting of six items or units1
  2. a playing card or domino or die whose upward face shows six pips1

Verwante synoniemen voor six