Engels

Uitgebreide synoniemen voor sunny in het Engels

sunny:

sunny bijvoeglijk naamwoord

  1. sunny
    cheerful; enthusiastic; happy; gay; buoyant; sunny; enchanted; vibrant; merry; attentive; amusing; eager; joyful; mystified; joyous; tidy; pleasant; jolly; spell bound; reliable; dependable; festive; trustworthy; under enchantment; passionate; neat; colourful; funny; animated; safe; trusted; clear; colorful; eagre
    bright
    – characterized by happiness or gladness 1
    • bright bijvoeglijk naamwoord
      • bright faces1
      • all the world seems bright and gay1
  2. sunny
    – bright and pleasant; promoting a feeling of cheer 1
    gay; sunny; cheery
    – bright and pleasant; promoting a feeling of cheer 1
    • gay bijvoeglijk naamwoord
      • a gay sunny room1
    • sunny bijvoeglijk naamwoord
      • a gay sunny room1
      • a sunny smile1
    • cheery bijvoeglijk naamwoord
      • a cheery hello1

sunny

  1. sunny

Verwante woorden van "sunny":

  • sunniness, sunnier, sunniest

Alternatieve synoniemen voor "sunny":


Verwante definities voor "sunny":

  1. bright and pleasant; promoting a feeling of cheer1
    • a gay sunny room1
    • a sunny smile1

Verwante synoniemen voor sunny