Engels

Uitgebreide synoniemen voor wages in het Engels

wages:

wages [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the wages
    the salary; the wage; the payment; the allowance; the fee; the wages; the compensation; the income; the pay
    • salary [the ~] zelfstandig naamwoord
    • wage [the ~] zelfstandig naamwoord
    • payment [the ~] zelfstandig naamwoord
    • allowance [the ~] zelfstandig naamwoord
    • fee [the ~] zelfstandig naamwoord
    • wages [the ~] zelfstandig naamwoord
    • compensation [the ~] zelfstandig naamwoord
    • income [the ~] zelfstandig naamwoord
    • pay [the ~] zelfstandig naamwoord
  2. the wages
    the salary; the income; the fruits of labour; the wages
  3. the wages
    the wages
    • wages [the ~] zelfstandig naamwoord
  4. the wages
    the fee; the payment; the pay; the salary; the wages
    • fee [the ~] zelfstandig naamwoord
    • payment [the ~] zelfstandig naamwoord
    • pay [the ~] zelfstandig naamwoord
    • salary [the ~] zelfstandig naamwoord
    • wages [the ~] zelfstandig naamwoord
  5. the wages
    – a recompense for worthy acts or retribution for wrongdoing 1
    the reward; the wages; the payoff
    – a recompense for worthy acts or retribution for wrongdoing 1
    • reward [the ~] zelfstandig naamwoord
      • virtue is its own reward1
    • wages [the ~] zelfstandig naamwoord
      • the wages of sin is death1
    • payoff [the ~] zelfstandig naamwoord

Verwante woorden van "wages":


Alternatieve synoniemen voor "wages":


Verwante definities voor "wages":

  1. a recompense for worthy acts or retribution for wrongdoing1
    • the wages of sin is death1

wage:

wage [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the wage
    the salary; the wage; the payment; the allowance; the fee; the wages; the compensation; the income; the pay
    • salary [the ~] zelfstandig naamwoord
    • wage [the ~] zelfstandig naamwoord
    • payment [the ~] zelfstandig naamwoord
    • allowance [the ~] zelfstandig naamwoord
    • fee [the ~] zelfstandig naamwoord
    • wages [the ~] zelfstandig naamwoord
    • compensation [the ~] zelfstandig naamwoord
    • income [the ~] zelfstandig naamwoord
    • pay [the ~] zelfstandig naamwoord
  2. the wage
    the salary; the wage; the pay
    • salary [the ~] zelfstandig naamwoord
    • wage [the ~] zelfstandig naamwoord
    • pay [the ~] zelfstandig naamwoord
  3. the wage
    the salary; the wage; the income; the pay
    • salary [the ~] zelfstandig naamwoord
    • wage [the ~] zelfstandig naamwoord
    • income [the ~] zelfstandig naamwoord
    • pay [the ~] zelfstandig naamwoord
  4. the wage
    – something that remunerates 1
    the remuneration; the wage; the pay; the earnings; the salary
    – something that remunerates 1
    • remuneration [the ~] zelfstandig naamwoord
    • wage [the ~] zelfstandig naamwoord
      • wages were paid by check1
    • pay [the ~] zelfstandig naamwoord
      • wages were paid by check1
      • he wasted his pay on drink1
    • earnings [the ~] zelfstandig naamwoord
      • they saved a quarter of all their earnings1
    • salary [the ~] zelfstandig naamwoord

wage werkwoord

  1. wage
    – carry on (wars, battles, or campaigns) 1
    to engage; wage
    – carry on (wars, battles, or campaigns) 1
    • engage werkwoord (engages, engaged, engaging)
    • wage werkwoord
      • Napoleon and Hitler waged war against all of Europe1

Verwante woorden van "wage":


Alternatieve synoniemen voor "wage":


Verwante definities voor "wage":

  1. something that remunerates1
    • wages were paid by check1
  2. carry on (wars, battles, or campaigns)1
    • Napoleon and Hitler waged war against all of Europe1

Verwante synoniemen voor wages