Engels

Uitgebreide synoniemen voor well-off in het Engels

well-off:

well-off bijvoeglijk naamwoord

  1. well-off
    prosperous; well-off; well-to-do
  2. well-off
    – fortunately situated 1
    well-off
    – fortunately situated 1
    • well-off bijvoeglijk naamwoord
      • doesn't know when he's well-off1
  3. well-off
    – in fortunate circumstances financially; moderately rich 1
    prosperous; easy; comfortable; well-off; well-to-do; well-situated; well-fixed; well-heeled
    – in fortunate circumstances financially; moderately rich 1
    • prosperous bijvoeglijk naamwoord
      • a prosperous family1
    • easy bijvoeglijk naamwoord
      • easy living1
    • comfortable bijvoeglijk naamwoord
      • they were comfortable or even wealthy by some standards1
    • well-off bijvoeglijk naamwoord
    • well-to-do bijvoeglijk naamwoord
      • well-to-do members of the community1
    • well-situated bijvoeglijk naamwoord
      • his family is well-situated financially1
    • well-fixed bijvoeglijk naamwoord
    • well-heeled bijvoeglijk naamwoord

Alternatieve synoniemen voor "well-off":


Verwante definities voor "well-off":

  1. fortunately situated1
    • doesn't know when he's well-off1
  2. in fortunate circumstances financially; moderately rich1

Verwante synoniemen voor well-off