Overzicht
Engels naar Spaans:   Meer gegevens...
  1. fussbudget:
  2. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor fussbudget (Engels) in het Spaans

fussbudget:

fussbudget [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the fussbudget (show-off)
    el babrucón; la persona bullangera; el alborotador; el bullangero; el baladrón

Vertaal Matrix voor fussbudget:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
alborotador fussbudget; show-off agitator; boaster; braggart; disturber of the peace; firebrand; instigator; mutineer; noisy fellow; noisy fellows; peace-breaker; rebel; rioter; roisterer; roisterers; rowdy; swanks; troublemaker; windbag; yapper
babrucón fussbudget; show-off boaster; braggart; noisy fellows; roisterer; roisterers; swanks; windbag; yapper
baladrón fussbudget; show-off boaster; braggart; noisy fellows; roisterer; roisterers; show-off; swaggerer; swank-pot; swanker; swanks; windbag; yapper
bullangero fussbudget; show-off boaster; braggart; noisy fellows; roisterer; roisterers; swanks
persona bullangera fussbudget; show-off bawler; boaster; braggart; noisy fellows; roisterer; roisterers; swanks; tinhorn; windbag; yapper

Verwante woorden van "fussbudget":

  • fussbudgets

Wiktionary: fussbudget

fussbudget
noun
  1. One who complains a lot, especially about unimportant matters

fuss-budget:


Vertaal Matrix voor fuss-budget:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
- fusspot; worrier; worrywart

Synoniemen voor "fuss-budget":


Verwante definities voor "fuss-budget":

  1. thinks about unfortunate things that might happen1

Computer vertaling door derden: