Overzicht
Engels naar Frans: Meer gegevens...
-
next:
- ensuite; après cela; puis; après; prochain; suivant; ci-dessous; subséquent; ci-après; succédant à; que voici; à venir; en premier; d'abord; subséquemment; prochainement; bientôt; plus tard; ultérieurement; futur; entendu; proposé; apprenti; proche; en herbe
- bientôt; ensuite; prochainement; tout de suite; puis; avant peu; sous peu; tout à l'heure; d'ici peu
- Wiktionary:
Engels
Uitgebreide vertaling voor next (Engels) in het Frans
next:
-
next (subsequently; further; then)
ensuite; après cela; puis; après-
ensuite bijvoeglijk naamwoord
-
après cela bijvoeglijk naamwoord
-
puis bijvoeglijk naamwoord
-
après bijvoeglijk naamwoord
-
-
next (following; subsequent; below; succeeding)
prochain; suivant; ci-dessous; subséquent; ci-après; succédant à; que voici-
prochain bijvoeglijk naamwoord
-
suivant bijvoeglijk naamwoord
-
ci-dessous bijvoeglijk naamwoord
-
subséquent bijvoeglijk naamwoord
-
ci-après bijvoeglijk naamwoord
-
succédant à bijvoeglijk naamwoord
-
que voici bijvoeglijk naamwoord
-
-
next (coming)
prochain; suivant; à venir; en premier; d'abord-
prochain bijvoeglijk naamwoord
-
suivant bijvoeglijk naamwoord
-
à venir bijvoeglijk naamwoord
-
en premier bijvoeglijk naamwoord
-
d'abord bijvoeglijk naamwoord
-
-
next (then; subsequently; further)
ensuite; subséquemment; puis; prochainement; bientôt-
ensuite bijvoeglijk naamwoord
-
subséquemment bijvoeglijk naamwoord
-
puis bijvoeglijk naamwoord
-
prochainement bijvoeglijk naamwoord
-
bientôt bijvoeglijk naamwoord
-
-
next (subsequent; following)
prochain; suivant; succédant à; subséquent-
prochain bijvoeglijk naamwoord
-
suivant bijvoeglijk naamwoord
-
succédant à bijvoeglijk naamwoord
-
subséquent bijvoeglijk naamwoord
-
-
next (afterwards; subsequently; later; then; after)
plus tard; ultérieurement; après-
plus tard bijvoeglijk naamwoord
-
ultérieurement bijvoeglijk naamwoord
-
après bijvoeglijk naamwoord
-
-
next (coming; subsequent; following)
-
next (coming; prospective; future; intended; would-be; will-be; meant)
-
next (later; in a little while; soon)
bientôt; ensuite; prochainement; tout de suite; puis; avant peu; sous peu; tout à l'heure; d'ici peu-
bientôt bijvoeglijk naamwoord
-
ensuite bijvoeglijk naamwoord
-
prochainement bijvoeglijk naamwoord
-
tout de suite bijvoeglijk naamwoord
-
puis bijvoeglijk naamwoord
-
avant peu bijvoeglijk naamwoord
-
sous peu bijvoeglijk naamwoord
-
tout à l'heure bijvoeglijk naamwoord
-
d'ici peu bijvoeglijk naamwoord
-
Vertaal Matrix voor next:
Synoniemen voor "next":
Verwante definities voor "next":
Wiktionary: next
next
Cross Translation:
noun
next
-
the one that follows after this one (in languages with a definite article that is generally required in this sense)
- next → suivant
-
on the side of
- next → à côté
-
Traductions à classer d'après le sens
-
-
-
Après cela.
-
suivant. L’occurrence qui suivra immédiatement celle dont on vient de parler.
-
Voisin, suivant.
- prochain → next; ahead; forthcoming; future; coming; upcoming; following; subsequent; speedy
-
Traductions à trier suivant le sens
-
Qui est après, qui vient après.
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• next | → suivant; prochain | ↔ volgend — dat later komt |
• next | → ultérieur; futur; ultérieure; future; suivant; suivante | ↔ nachmalig — schriftsprachlich, veraltend: baldig nach einer nicht genau bestimmbaren Zeit beginnend, eintretend, sich ereignend, erfolgend, geschehend |