Overzicht
Engels naar Frans:   Meer gegevens...
  1. bondage:
  2. Wiktionary:
Frans naar Engels:   Meer gegevens...
  1. bondage:


Engels

Uitgebreide vertaling voor bondage (Engels) in het Frans

bondage:

bondage [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the bondage (bondservice; thraldom; thralldom)
    la servitude; l'asservissement
  2. the bondage (serfdom)
    le servage; la dépendance; le féodalisme; la soumission
  3. the bondage (serfage)
    le servage
    • servage [le ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor bondage:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
asservissement bondage; bondservice; thraldom; thralldom subjugating
dépendance bondage; serfdom addiction; annex; auxiliary branche; branch; branch office; chain store; dependence; dependency; extension; multiple shop; multiple store; sub-office
féodalisme bondage; serfdom feudal system; feudalism
servage bondage; serfage; serfdom feudal system; feudalism
servitude bondage; bondservice; thraldom; thralldom easement; life of drudgery; slavery
soumission bondage; serfdom addiction; by-law; capitulation; decision; defining; dependence; determination; discipline; docility; fixing; obedience; ordinance; regulation; regulations; rules; submission
- slavery; thraldom; thrall; thralldom

Synoniemen voor "bondage":


Verwante definities voor "bondage":

  1. sexual practice that involves physically restraining (by cords or handcuffs) one of the partners1
  2. the state of being under the control of another person1
  3. the state of being under the control of a force or influence or abstract power1
    • he was in bondage to fear:; 1

Wiktionary: bondage

bondage
noun
  1. The practice of tying people up for sexual pleasure
  2. The state of lacking freedom; constraint
  3. The state of being enslaved or the practice of slavery
bondage
noun
  1. pratique érotique qui consiste à attacher son ou sa partenaire à l’aide de cordes, de bâillons, de bande adhésive, de lanières ou de chaînes, etc.



Frans

Uitgebreide vertaling voor bondage (Frans) in het Engels

bondage: (*Woord en zin splitter gebruikt)


Wiktionary: bondage

bondage
noun
  1. pratique érotique qui consiste à attacher son ou sa partenaire à l’aide de cordes, de bâillons, de bande adhésive, de lanières ou de chaînes, etc.
bondage
noun
  1. The practice of tying people up for sexual pleasure