Overzicht
Engels naar Nederlands: Meer gegevens...
-
impose upon:
-
Wiktionary:
impose upon → forceren, opdringen, aandoen, aantrekken, opleggen, opbrengen, aanbrengen, aanslaan, belasten, belasting heffen op, veraccijnzen, dwingen, noodzaken, verplichten, zich opdringen
-
Wiktionary:
Engels
Uitgebreide vertaling voor impose upon (Engels) in het Nederlands
impose upon: (*Woord en zin splitter gebruikt)
Wiktionary: impose upon
Cross Translation:
From | To | Via |
---|---|---|
• impose upon | → forceren; opdringen; aandoen; aantrekken; opleggen; opbrengen; aanbrengen; aanslaan; belasten; belasting heffen op; veraccijnzen; dwingen; noodzaken; verplichten; zich opdringen | ↔ imposer — Traductions à trier suivant le sens |