Home ->Woordenboeken ->Engels/Nederlands ->Zoek: altogether

Engelse en Nederlandse zoekresultaten voor: altogether

Overzicht

Engels naar Nederlands: Meer gegevens...

altogether:
- samen; tezamen; bijeen; bij elkaar; gezamenlijk; met z'n beiden; gemeenschappelijk; met zijn allen; saam; aaneen
- bloot; in zijn blootje
Wiktionary:
- altogether → kortom, al met al, geheel, totaal
- altogether → finaal, heel, geheel, helemaal, totaal, volkomen, volledig, ten volle, voluit, compleet, totaliter

Engels

Uitgebreide vertaling voor altogether (Engels) in het Nederlands

altogether:

altogether bijwoord

altogether (together; combined; with each other; with one another; in all)
samen; tezamen; bijeen; bij elkaar
- samen bijwoord
- tezamen bijwoord
- bijeen bijwoord
- bij elkaar bijvoeglijk naamwoord
altogether (together; combined; jointly; with each other; with one another)
gezamenlijk; samen; tezamen; met z'n beiden
- gezamenlijk bijvoeglijk naamwoord
- samen bijwoord
- tezamen bijwoord
- met z'n beiden bijvoeglijk naamwoord
altogether (shared; combined; jointly; together; with one another; with each other; in all)
gezamenlijk; tezamen; gemeenschappelijk; met zijn allen
- gezamenlijk bijvoeglijk naamwoord
- tezamen bijwoord
- gemeenschappelijk bijvoeglijk naamwoord
- met zijn allen bijvoeglijk naamwoord
altogether (together)
saam
- saam bijwoord
altogether (combined)
aaneen
- aaneen bijwoord

altogether [the ~] zelfstandig naamwoord

the altogether (raw; birthday suit)

– informal terms for nakedness ¹
bloot; in zijn blootje
- bloot bijvoeglijk naamwoord
- in zijn blootje

Vertaal Matrix voor altogether:

Bijvoeglijk Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
bloot	altogether; birthday suit; raw	nude
gemeenschappelijk	altogether; combined; in all; jointly; shared; together; with each other; with one another	common; communal; joint
gezamenlijk	altogether; combined; in all; jointly; shared; together; with each other; with one another
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
aaneen	altogether; combined
bijeen	altogether; combined; in all; together; with each other; with one another
saam	altogether; together
samen	altogether; combined; in all; jointly; together; with each other; with one another	combined; together
tezamen	altogether; combined; in all; jointly; shared; together; with each other; with one another
-	all; all in all; all told; completely; entirely; in all; on the whole; totally; tout ensemble; whole; wholly
Idiom	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
in zijn blootje	altogether; birthday suit; raw
Over	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
-	absolutely; all; completely; entirely; exactly; in all; quite; together
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
bij elkaar	altogether; combined; in all; together; with each other; with one another
met z'n beiden	altogether; combined; jointly; together; with each other; with one another
met zijn allen	altogether; combined; in all; jointly; shared; together; with each other; with one another

Synoniemen voor "altogether":

raw; birthday suit; nakedness; nudity; nudeness
wholly; entirely; completely; totally; all; whole
all told; in all
all in all; on the whole; tout ensemble

Antoniemen van "altogether":

partly

Verwante definities voor "altogether":

to a complete degree or to the full or entire extent (`whole' is often used informally for `wholly')¹
- it was not altogether her fault¹
- an altogether new approach¹
with everything included or counted¹
- altogether he earns close to a million dollars¹
with everything considered (and neglecting details)¹
- altogether, I'm sorry it happened¹
informal terms for nakedness¹
- in the altogether¹

Wiktionary: altogether

altogether

adverb

on the whole; everything considered
- altogether → kortom; al met al
without exception; wholly; completely
- altogether → geheel; totaal

Cross Translation:

From	To	Via
• altogether	→ finaal; heel; geheel; helemaal; totaal; volkomen; volledig; ten volle; voluit; compleet; totaliter	↔ entièrement — D'une manière entière.

¹WordNet 3.0 Copyright 2006 by Princeton University