Overzicht
Engels naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. enough:
  2. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor enough (Engels) in het Nederlands

enough:

enough bijvoeglijk naamwoord

  1. enough
    genoeg; basta
    • genoeg bijvoeglijk naamwoord
    • basta bijvoeglijk naamwoord
  2. enough (sufficient; satisfactory; adequate; up to the mark)
    sufficiënt; voldoende; bevredigend; toereikend; genoeg; genoegzaam
  3. enough (tired; sick)
    beu
    • beu bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor enough:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
- sufficiency
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bevredigend adequate; enough; satisfactory; sufficient; up to the mark
genoegzaam adequate; enough; satisfactory; sufficient; up to the mark
sufficiënt adequate; enough; satisfactory; sufficient; up to the mark
toereikend adequate; enough; satisfactory; sufficient; up to the mark
- adequate; decent
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
- plenty
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
basta enough
beu enough; sick; tired
genoeg adequate; enough; satisfactory; sufficient; up to the mark contented; fullfilled; satiated; satisfied
voldoende adequate; enough; satisfactory; sufficient; up to the mark

Synoniemen voor "enough":


Verwante definities voor "enough":

  1. sufficient for the purpose1
    • enough food1
    • food enough1
  2. as much as necessary1
    • Have I eaten enough?1
  3. an adequate quantity; a quantity that is large enough to achieve a purpose1
    • enough is as good as a feast1

Wiktionary: enough

enough
  1. stop!
  2. sufficiently
en-pron
  1. a sufficient or adequate number, amount, etc
en-det
  1. sufficient
enough
pronoun
  1. voldoende, in een hoeveelheid die niet te veel en niet te weinig is
  2. toereikend, genoeg
adverb
  1. tamelijk

Cross Translation:
FromToVia
enough voldoende genügend — von zufriedenstellender Menge oder Qualität
enough genoeg; voldoende suffisant — Qui suffire.

Verwante vertalingen van enough