Occasionally: vertaling Engels

Engels

Uitgebreide vertaling voor occasionally (Engels) in het Nederlands

occasionally (incidental; now and then; sometimes; off and on)

– now and then or here and there ¹
af en toe; incidenteel; soms; weleens; nu en dan
- af en toe bijvoeglijk naamwoord
- incidenteel bijvoeglijk naamwoord
- soms bijwoord
- weleens bijvoeglijk naamwoord
- nu en dan bijvoeglijk naamwoord
occasionally (sporadic; incidentally)
sporadisch; incidenteel; zelden
- sporadisch bijvoeglijk naamwoord
- incidenteel bijvoeglijk naamwoord
- zelden bijwoord
occasionally (once in a while; at times; now and then; on occasion; from time to time; now and again)

– now and then or here and there ¹
af en toe; occasioneel
- af en toe bijwoord
- occasioneel bijwoord

Bijvoeglijk Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
af en toe		occasional
incidenteel	incidental; incidentally; now and then; occasionally; off and on; sometimes; sporadic
occasioneel		occasional
sporadisch	incidentally; occasionally; sporadic
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
af en toe	at times; from time to time; now and again; now and then; occasionally; on occasion; once in a while
occasioneel	at times; from time to time; now and again; now and then; occasionally; on occasion; once in a while
soms	incidental; now and then; occasionally; off and on; sometimes	at times; now and then; once in a while; sometimes
zelden	incidentally; occasionally; sporadic	extraordinary; funny; hardly ever; little; odd; phenomenal; prodigious; rare; rarely; seldom; strange; uncommon; unique
Over	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
-	sporadically
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
af en toe	incidental; now and then; occasionally; off and on; sometimes
nu en dan	incidental; now and then; occasionally; off and on; sometimes
weleens	incidental; now and then; occasionally; off and on; sometimes

now and then or here and there¹
- he was arrogant and occasionally callous¹
- open areas are only occasionally interrupted by clumps of trees¹

occasionally

adverb

from time to time; now and then; once in a while; at infrequent intervals
- occasionally → soms; nu en dan; af en toe; wel eens

occasionally

phrase

Cross Translation:

From	To	Via
• occasionally	→ bijwijlen; soms	↔ bisweilen — manchmal, zeitweilig
• occasionally	→ soms; af en toe; bijwijlen; somtijds; weleens; somwijlen	↔ quelquefois — Parfois