Engels

Uitgebreide vertaling voor will (Engels) in het Nederlands

will:

will [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the will (intention; wish)
    het voornemen; de plan; de opzet
    • voornemen [het ~] zelfstandig naamwoord
    • plan [de ~] zelfstandig naamwoord
    • opzet [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  2. the will (testament; last will)
    het testament; uiterste wilsbeschikking; laatste wil

to will werkwoord (will, would, willing)

  1. to will (desire; long; crave; )
    verlangen; begeren
    • verlangen werkwoord (verlang, verlangt, verlangde, verlangden, verlangd)
    • begeren werkwoord (begeer, begeert, begeerde, begeerden, begeerd)
  2. to will (shall; ought to)
    zullen
    • zullen werkwoord (zal, zult, zou, zouden)

Conjugations for will:

present
  1. will
  2. will
  3. will
  4. will
  5. will
  6. will
simple past
  1. would
  2. would
  3. would
  4. would
  5. would
  6. would
past continuous
  1. was willing
  2. were willing
  3. was willing
  4. were willing
  5. were willing
  6. were willing
continuous present
  1. am willing
  2. are willing
  3. is willing
  4. are willing
  5. are willing
  6. are willing
diverse
  1. would
  2. willing
1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they

Vertaal Matrix voor will:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
begeren craving; desire; longing; wanting; wish; yearning
laatste wil last will; testament; will
opzet intention; will; wish idea; intention; objective; plan; scheme
plan intention; will; wish idea; intention; level; objective; plan; price; project; quotation; rate; scheme; stock price; value
testament last will; testament; will
uiterste wilsbeschikking last will; testament; will
verlangen craving; desire; hankering; longing; wanting; wish; yearning
voornemen intention; will; wish aim; design; goal; idea; intention
- testament; volition
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
begeren covet; crave; desire; long; want; will; wish
verlangen covet; crave; desire; long; want; will; wish demand; have one's heart set on; hope; languish; long for; pine; require; to want something very badly; yearn
voornemen resolve
zullen ought to; shall; will
- bequeath; leave
Not SpecifiedVerwante vertalingenAndere vertalingen
plan plan

Verwante woorden van "will":

  • wills

Synoniemen voor "will":


Antoniemen van "will":


Verwante definities voor "will":

  1. the capability of conscious choice and decision and intention1
  2. a fixed and persistent intent or purpose1
    • where there's a will there's a way1
  3. a legal document declaring a person's wishes regarding the disposal of their property when they die1
  4. determine by choice1
    • This action was willed and intended1
  5. decree or ordain1
    • God wills our existence1
  6. leave or give by will after one's death1

Wiktionary: will

will
noun
  1. intent or volition
  2. legal document
verb
  1. indicating future action
will
noun
  1. een bindende verklaring waarin een overledene voor diens dood heeft laten vastleggen wat er te doen staat met de nalatenschap
  2. de bereidheid of zin om iets te doen
  3. een verlangen om iets te doen
verb
  1. iets in een testament toebedelen
  2. (hulpwerkwoord): hulpwerkwoord van de (toekomende tijd)

Cross Translation:
FromToVia
will testament TestamentRecht: Verfügung über die Verwendung des Nachlasses
will wil Wille — ein alle Handlungen bestimmendes Streben
will worden; zullen; gaan werden — sich (unwillkürlich) entwickeln zu (besonders Partizipien und substantivierter Infinitiv)
will wil; zin volontéfaculté de vouloir, de se déterminer à quelque chose.

Verwante vertalingen van will