Overzicht


Engels

Uitgebreide vertaling voor auras (Engels) in het Nederlands

auras:

auras [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the auras (shades; hazes; mists)
    de wazen; zwemen
    • wazen [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.
    • zwemen [znw.] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor auras:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
wazen auras; hazes; mists; shades
zwemen auras; hazes; mists; shades
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
zwemen be inclined to; tend to

Verwante woorden van "auras":


aura:

aura [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the aura (halo)
    de aura; de lichtkrans
    • aura [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • lichtkrans [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  2. the aura (halo)
    de halo; de aureool
    • halo [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • aureool [de ~] zelfstandig naamwoord
  3. the aura (aureole; nimbus; halo)
    de lichtkrans; de halo; mandorla; de aureool; heiligenschijn; de stralenkrans; de stralenkroon

Vertaal Matrix voor aura:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
aura aura; halo
aureool aura; aureole; halo; nimbus
halo aura; aureole; halo; nimbus
heiligenschijn aura; aureole; halo; nimbus
lichtkrans aura; aureole; halo; nimbus
mandorla aura; aureole; halo; nimbus
stralenkrans aura; aureole; halo; nimbus
stralenkroon aura; aureole; halo; nimbus
- air; atmosphere; aureole; gloriole; glory; halo; nimbus

Verwante woorden van "aura":


Synoniemen voor "aura":


Verwante definities voor "aura":

  1. a distinctive but intangible quality surrounding a person or thing1
    • the place had an aura of romance1
  2. an indication of radiant light drawn around the head of a saint1
  3. a sensation (as of a cold breeze or bright light) that precedes the onset of certain disorders such as a migraine attack or epileptic seizure1

Wiktionary: aura

aura
noun
  1. An invisible force surrounding a living creature.
aura
noun
  1. energieveld
  2. beginverschijnselen van een aanval

Cross Translation:
FromToVia
aura afdruk; spoor; voetspoor; drukwerk; belichting; effect; impressie; indruk impression — imprimerie|fr action par laquelle une chose appliquer sur une autre y laisser une empreinte ; résultat de cette action.