Overzicht
Engels naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. banana:
  2. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor banana (Engels) in het Nederlands

banana:

banana [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the banana
    de pisang; de banaan
    • pisang [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • banaan [de ~] zelfstandig naamwoord
  2. the banana
    de banaan
    • banaan [de ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor banana:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
banaan banana
pisang banana
- banana tree

Verwante woorden van "banana":

  • bananas

Synoniemen voor "banana":

  • banana tree; herb; herbaceous plant
  • edible fruit

Verwante definities voor "banana":

  1. elongated crescent-shaped yellow fruit with soft sweet flesh1
  2. any of several tropical and subtropical treelike herbs of the genus Musa having a terminal crown of large entire leaves and usually bearing hanging clusters of elongated fruits1

Wiktionary: banana

banana
noun
  1. colour
  2. plant
  3. fruit

Cross Translation:
FromToVia
banana banaan Banane — längliche, meist gelbe tropische Frucht
banana banaan; pisang banane — Fruit