Overzicht
Engels naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. beacon:
  2. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor beacon (Engels) in het Nederlands

beacon:

beacon [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the beacon
    de baken; de baak
    • baken [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.
    • baak [de ~] zelfstandig naamwoord
  2. the beacon (buoy)
    de baken
    • baken [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.
  3. the beacon (signaling buoy)
    de lichtboei
  4. the beacon (landing beacon)
    het landingsbaken

Vertaal Matrix voor beacon:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
baak beacon levelling rod
baken beacon; buoy
landingsbaken beacon; landing beacon
lichtboei beacon; signaling buoy
- beacon fire; beacon light; lighthouse; pharos; radio beacon
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
- leading light; range light

Verwante woorden van "beacon":

  • beacons

Synoniemen voor "beacon":


Verwante definities voor "beacon":

  1. a tower with a light that gives warning of shoals to passing ships1
  2. a radio station that broadcasts a directional signal for navigational purposes1
  3. a fire (usually on a hill or tower) that can be seen from a distance1
  4. guide with a beacon1
  5. shine like a beacon1

Wiktionary: beacon

beacon
noun
  1. high hill or similar
  2. signaling or guiding mark erected as guide to mariners
  3. signal fire
beacon
noun
  1. een markering, meer in het bijzonder gebruikt in de lucht- en scheepvaart voor herkenningstekens
  2. een markering aangebracht ter beveiliging van de scheepvaart
verb
  1. van bakens voorzien

Verwante vertalingen van beacon