Engels

Uitgebreide vertaling voor bewilderment (Engels) in het Nederlands

bewilderment:

bewilderment [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the bewilderment (perplexity; puzzlement; confusion)
    de verbijstering; ontsteldheid; de verbouwereerdheid
  2. the bewilderment (confusion)
    de beduusdheid

Vertaal Matrix voor bewilderment:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
beduusdheid bewilderment; confusion
ontsteldheid bewilderment; confusion; perplexity; puzzlement
verbijstering bewilderment; confusion; perplexity; puzzlement alarm; confusion; consternation; dismay; fright; repulsion; upset
verbouwereerdheid bewilderment; confusion; perplexity; puzzlement
- bafflement; befuddlement; bemusement; mystification; obfuscation; puzzlement

Verwante woorden van "bewilderment":

  • bewilder

Synoniemen voor "bewilderment":


Verwante definities voor "bewilderment":

  1. confusion resulting from failure to understand1

Wiktionary: bewilderment

bewilderment
noun
  1. state of being bewildered

bewilder:


Vertaal Matrix voor bewilder:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
- baffle; beat; bemuse; confuse; discombobulate; get; mystify; perplex; pose; puzzle; stick; throw; vex
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
- confuse

Verwante woorden van "bewilder":


Synoniemen voor "bewilder":


Verwante definities voor "bewilder":

  1. be a mystery or bewildering to1
  2. cause to be confused emotionally1

Wiktionary: bewilder

bewilder
verb
  1. in verwarring of extreme verbazing brengen

Cross Translation:
FromToVia
bewilder vertroebelen; verduisteren; dooreenhalen; van zijn stuk brengen; verwarren; verwisselen; agiteren; ophitsen; opruien; opstoken; opwinden; schudden troublerrendre trouble.