Blistering in het Nederlands vertaald uit het Engels

Overzicht

Engels naar Nederlands: Meer gegevens...

blister:
- blister; blaar
- bladderen
Wiktionary:
- blister → blaartrekkend
- blister → blister, blaasje, blein, blaar, bladder
- blister → blaar, bel, luchtbel, zeepbel, bul, nul, bulla, blaas

Engels

Uitgebreide vertaling voor blistering (Engels) in het Nederlands

blistering:

Vertaal Matrix voor blistering:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
-	vesication; vesiculation
Bijvoeglijk Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
-	blistery; hot; red-hot

Synoniemen voor "blistering":

acerb; acerbic; acid; acrid; bitter; caustic; sulfurous; sulphurous; venomous; virulent; vitriolic; unpleasant
blistery; hot
hot; red-hot; fast
scathing; scalding; vituperative; critical
vesiculation; vesication; organic process; biological process

Verwante definities voor "blistering":

very fast; capable of quick response and great speed¹
- a blistering pace¹
hot enough to raise (or as if to raise) blisters¹
- blistering sun¹
the formation of vesicles in or beneath the skin¹

blister:

blister [the ~] zelfstandig naamwoord

the blister
blister; de blaar
- blister [znw.] zelfstandig naamwoord
- blaar [de ~] zelfstandig naamwoord

to blister werkwoord (blisters, blistered, blistering)

to blister
bladderen
- bladderen werkwoord (bladder, bladdert, bladderde, bladderden, gebladderd)

Conjugations for blister:

present

blister
blister
blisters
blister
blister
blister

simple past

blistered
blistered
blistered
blistered
blistered
blistered

present perfect

have blistered
have blistered
has blistered
have blistered
have blistered
have blistered

past continuous

was blistering
were blistering
was blistering
were blistering
were blistering
were blistering

future

shall blister
will blister
will blister
shall blister
will blister
will blister

continuous present

am blistering
are blistering
is blistering
are blistering
are blistering
are blistering

subjunctive

be blistered
be blistered
be blistered
be blistered
be blistered
be blistered

diverse

blister!
let's blister!
blistered
blistering

1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they

Vertaal Matrix voor blister:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
blaar	blister
blister	blister
-	bleb; bulla
Werkwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
bladderen	blister
-	scald; vesicate; whip

Verwante woorden van "blister":

blistering, blisters

Synoniemen voor "blister":

bulla; bleb; vesicle; cyst
vesicate; swell; swell up; intumesce; tumefy; tumesce
scald; whip; attack; round; assail; lash out; snipe; assault
change; alter; modify

Verwante definities voor "blister":

(pathology) an elevation of the skin filled with serous fluid¹
(botany) a swelling on a plant similar to that on the skin¹
a flaw on a surface resulting when an applied substance does not adhere (as an air bubble in a coat of paint)¹
get blistered¹
- Her feet blistered during the long hike¹
cause blisters to form on¹
- the tight shoes and perspiration blistered her feet¹
subject to harsh criticism¹
- The Senator blistered the administration in his speech on Friday¹

Wiktionary: blister

blister

verb

cause blisters to form
- blister → blaartrekkend

noun

bubble on the skin
- blister → blister; blaasje; blein; blaar

blister

noun

onderhuidse vochtiohoping
- blaar → blister
een luchtblaasje in een verflaag, of de daarvan loskomende verfschilfers
- bladder → blister; bubble

Cross Translation:

From	To	Via
• blister	→ blaar	↔ Blase — Medizin: eine Hautveränderung, Einlagerung von Flüssigkeit im Gewebe
• blister	→ bel; luchtbel; zeepbel; bul; nul; bulla; blaar; blaas	↔ bulle — Petite quantité d’air qui s’élever à la surface des liquides, en particulier lors de l’ébullition ou de la fermentation.

Verwante vertalingen van blistering

blistering off

Remove Ads

Vertaal blistering van Engels naar Nederlands

Uitgebreide vertaling voor blistering (Engels) in het Nederlands

blistering:

Vertaal Matrix voor blistering:

Synoniemen voor "blistering":

Verwante definities voor "blistering":

blister:

blister [the ~] zelfstandig naamwoord

the blister

to blister werkwoord (blisters, blistered, blistering)

to blister

Conjugations for blister:

present

simple past

present perfect

past continuous

future

continuous present

subjunctive

diverse

Vertaal Matrix voor blister:

Verwante woorden van "blister":

Synoniemen voor "blister":

Verwante definities voor "blister":

Wiktionary: blister

Verwante vertalingen van blistering