Overzicht
Engels naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. blueberry:
  2. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor blueberry (Engels) in het Nederlands

blueberry:

blueberry [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the blueberry (bilberry)
    de bosbes; blauwe bosbes
  2. the blueberry (bilberry)
    blauwe bes

Vertaal Matrix voor blueberry:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
blauwe bes bilberry; blueberry
blauwe bosbes bilberry; blueberry
bosbes bilberry; blueberry
- blueberry bush

Verwante woorden van "blueberry":

  • blueberries

Synoniemen voor "blueberry":


Verwante definities voor "blueberry":

  1. sweet edible dark-blue berries of either low-growing or high-growing blueberry plants1
  2. any of numerous shrubs of the genus Vaccinium bearing blueberries1

Wiktionary: blueberry

blueberry
noun
  1. fruit
blueberry
phrase
  1. Vaccinium corymbosum, een plant uit de heifamilie (Ericaceae)

Cross Translation:
FromToVia
blueberry blauwe bosbes Blaubeere — eine Art schwarzblaue, hellblau bereifte, süße Beere aus der Gattung der Heidelbeeren (Vaccinium) in der Familie der Heidekrautgewächse (Ericaceae) mit blau färbendem Saft
blueberry blauwe bosbes Blaubeere — der Halbstrauch, der diese Beeren trägt
blueberry blauw; bosbes airelle — fruit bleu