Overzicht
Engels naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. circulation:
  2. circulate:
  3. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor circulation (Engels) in het Nederlands

circulation:

circulation [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the circulation (print; impression)
    de oplage; de druk; de uitgave
    • oplage [de ~] zelfstandig naamwoord
    • druk [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • uitgave [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  2. the circulation (being in circulation)
    de circulatie; de omloop; rouleren; de roulatie
    • circulatie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • omloop [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • rouleren [znw.] zelfstandig naamwoord
    • roulatie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
  3. the circulation (spreading; distribution)
    de verspreiding; uitstrooiing
  4. the circulation (blood circulation)
    de bloedsomloop

Vertaal Matrix voor circulation:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bloedsomloop blood circulation; circulation
circulatie being in circulation; circulation
druk circulation; impression; print charges; compulsion; pressure
omloop being in circulation; circulation hike; hiking tour; outing; promenade; ramble; short walk; stroll; tramp; walk
oplage circulation; impression; print
roulatie being in circulation; circulation
rouleren being in circulation; circulation
uitgave circulation; impression; print announcement; declaration; delivery; disclosure; edition; expense; issue; proclamation; publication; publishing; spending
uitstrooiing circulation; distribution; spreading
verspreiding circulation; distribution; spreading
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
rouleren be in circulation; circulate
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
druk active; actively; animated; busily; busily engaged; busy; engaged; hard-working; humming; industrious; industriously; occupied; operative; tied up; up; vibrant; working

Verwante woorden van "circulation":


Synoniemen voor "circulation":


Verwante definities voor "circulation":

  1. the spread or transmission of something (as news or money) to a wider group or area1
  2. the dissemination of copies of periodicals (as newspapers or magazines)1
  3. free movement or passage (as of cytoplasm within a cell or sap through a plant)1
    • ocean circulation is an important part of global climate1
    • a fan aids air circulation1
  4. movement through a circuit; especially the movement of blood through the heart and blood vessels1
  5. number of copies of a newspaper or magazine that are sold1
    • by increasing its circulation the newspaper hoped to increase its advertising1
  6. (library science) the count of books that are loaned by a library over a specified period1

Wiktionary: circulation

circulation
noun
  1. The act of passing from place to place or person to person
  2. Currency; circulating coin; notes, bills, etc.
circulation
noun
  1. (medisch, nld) (bloeds)omloop
  2. het in de rondte gaan, een kringloop bijv. bloedsomloop
  3. het rouleren, de omloop, het circuleren, het rondlopen

Cross Translation:
FromToVia
circulation bloedsomloop BlutkreislaufAnatomie / Physiologie: Das Strömungssystem des Blutes, das vom Herzen und einem Netz aus Blutgefäßen gebildet wird.

circulation vorm van circulate:

to circulate werkwoord (circulates, circulated, circulating)

  1. to circulate (be in circulation)
    rouleren; circuleren
    • rouleren werkwoord (rouleer, rouleert, rouleerde, rouleerden, gerouleerd)
    • circuleren werkwoord (circuleer, circuleert, circuleerde, circuleerden, gecirculeerd)
  2. to circulate
    in omloop zijn; circuleren

Conjugations for circulate:

present
  1. circulate
  2. circulate
  3. circulates
  4. circulate
  5. circulate
  6. circulate
simple past
  1. circulated
  2. circulated
  3. circulated
  4. circulated
  5. circulated
  6. circulated
present perfect
  1. have circulated
  2. have circulated
  3. has circulated
  4. have circulated
  5. have circulated
  6. have circulated
past continuous
  1. was circulating
  2. were circulating
  3. was circulating
  4. were circulating
  5. were circulating
  6. were circulating
future
  1. shall circulate
  2. will circulate
  3. will circulate
  4. shall circulate
  5. will circulate
  6. will circulate
continuous present
  1. am circulating
  2. are circulating
  3. is circulating
  4. are circulating
  5. are circulating
  6. are circulating
subjunctive
  1. be circulated
  2. be circulated
  3. be circulated
  4. be circulated
  5. be circulated
  6. be circulated
diverse
  1. circulate!
  2. let's circulate!
  3. circulated
  4. circulating
1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they

Vertaal Matrix voor circulate:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
rouleren being in circulation; circulation
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
circuleren be in circulation; circulate
in omloop zijn circulate
rouleren be in circulation; circulate
- circle; distribute; go around; mobilise; mobilize; pass around; pass on; spread

Verwante woorden van "circulate":


Synoniemen voor "circulate":


Verwante definities voor "circulate":

  1. cause to move around1
    • circulate a rumor1
  2. become widely known and passed on1
  3. move around freely1
    • She circulates among royalty1
  4. move through a space, circuit or system, returning to the starting point1
    • Blood circulates in my veins1
    • The air here does not circulate1
  5. cause to move in a circuit or system1
    • The fan circulates the air in the room1
  6. cause be distributed1
    • This letter is being circulated among the faculty1
  7. move in circles1

Wiktionary: circulate

circulate
verb
  1. in omloop zijn

Cross Translation:
FromToVia
circulate kloppen; pulseren; palpiteren pulsieren — dem Pulsschlag entsprechend oder in regelmäßigen Abständen anschwellen und abschwellen
circulate omgaan; rondgaan; circuleren; in omloop zijn; rouleren circuler — Se mouvoir circulairement.

Verwante vertalingen van circulation