Overzicht
Engels naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. civic:
  2. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor civic (Engels) in het Nederlands

civic:

civic bijvoeglijk naamwoord

  1. civic (civil)
    – of or relating to or befitting citizens as individuals 1
    burgerlijk

Vertaal Matrix voor civic:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
burgerlijk civic; civil a small voice; bourgeois; confined; cramped; like a narrow minded man; lower-middle-class; narrow minded; narrow-mindedness; parochial; petty; petty-bourgeois; provincial; small-town
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
- as a subject

Synoniemen voor "civic":


Verwante definities voor "civic":

  1. of or relating to or befitting citizens as individuals1
    • civic duties1
    • civic pride1
  2. of or relating or belonging to a city1
    • civic center1
    • civic problems1

Wiktionary: civic

civic
adjective
  1. Having to do with a city or the people who live there

Cross Translation:
FromToVia
civic burgerlijk bürgerlich — auf die Staatsbürger, oder die Bürger eines Gemeinwesens, bezogen

Verwante vertalingen van civic