Overzicht
Engels naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. curfew:
  2. Wiktionary:
  3. Gebruikers suggesties voor curfew:
    • avondklok


Engels

Uitgebreide vertaling voor curfew (Engels) in het Nederlands

curfew:

curfew [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the curfew
    de spertijd; het uitgaansverbod
  2. the curfew (confinement to quarters)
    stapverbod
  3. the curfew (confinement to quarters)
    het kwartierarrest
  4. the curfew (ban to go out on the town)
    het uitgaansverbod

Vertaal Matrix voor curfew:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
kwartierarrest confinement to quarters; curfew
spertijd curfew
stapverbod confinement to quarters; curfew
uitgaansverbod ban to go out on the town; curfew

Verwante woorden van "curfew":

  • curfews

Synoniemen voor "curfew":


Verwante definities voor "curfew":

  1. an order that after a specific time certain activities (as being outside on the streets) are prohibited1
  2. a signal (usually a bell) announcing the start of curfew restrictions1
  3. the time that the curfew signal is sounded1

Wiktionary: curfew

curfew
noun
  1. the time when such restriction begins
  2. a regulation requiring people to be off the streets and in their homes by a certain time
  3. evening bell
curfew
noun
  1. een verbod om zich op straat te begeven na een zekere tijd

Cross Translation:
FromToVia
curfew spertijd; avondklok couvre-feu — Interdiction à la population de sortir de chez soi à partir d’une certaine heure