Customers in het Nederlands vertaald uit het Engels

Remove Ads

Overzicht

Engels naar Nederlands: Meer gegevens...

customers:
- klanten; bezoekers; clientèle; klantenkring; klandizie; cliënteel
customer:
- klant; cliënt; afnemer; koper; opdrachtgevers
Wiktionary:
- customer → klant
- customer → klant, afnemer, cliënt
Gebruikers suggesties voor customers:
- afnemers

Engels

Uitgebreide vertaling voor customers (Engels) in het Nederlands

customers:

customers [the ~] zelfstandig naamwoord

the customers (visitors; clients; patrons)
de klanten; de bezoekers
- klanten [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.
- bezoekers [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.
the customers (clientele; patronage; clients; patrons)
de clientèle; de klantenkring; de klandizie; de klanten
- clientèle [de ~] zelfstandig naamwoord
- klantenkring [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- klandizie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- klanten [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.
the customers
de clientèle
- clientèle [de ~] zelfstandig naamwoord
the customers
de klantenkring
- klantenkring [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
the customers (patronage; clientele)
de cliënteel
- cliënteel [de ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor customers:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
bezoekers	clients; customers; patrons; visitors
clientèle	clientele; clients; customers; patronage; patrons
cliënteel	clientele; customers; patronage
klandizie	clientele; clients; customers; patronage; patrons	business; commerce; commodity; merchandise; trade
klanten	clientele; clients; customers; patronage; patrons; visitors	A/R; accounts receivable; client; female client
klantenkring	clientele; clients; customers; patronage; patrons

Verwante woorden van "customers":

customer

customers vorm van customer:

customer [the ~] zelfstandig naamwoord

the customer (client)
de klant; de cliënt; de afnemer; de koper
- klant [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- cliënt [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- afnemer [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- koper [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
the customer (principal; client)
de opdrachtgevers
- opdrachtgevers [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.
the customer

– A person or company to whom your company sells products or services. ¹
de klant
- klant [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
the customer

– The account or contact with which a business unit conducts a business transaction. ¹
de klant
- klant [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor customer:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
afnemer	client; customer
cliënt	client; customer
klant	client; customer
koper	client; customer	buyer; copper; copper coin; coppers; junk dealer; purchaser; wholesale dealer
opdrachtgevers	client; customer; principal
-	client
Over	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
-	buyer; consumer; purchaser

Verwante woorden van "customer":

customers

Synoniemen voor "customer":

client; consumer

Verwante definities voor "customer":

someone who pays for goods or services²
A person or company to whom your company sells products or services.¹
The account or contact with which a business unit conducts a business transaction.¹

Wiktionary: customer

customer

noun

one who purchases or receives a product or service
- customer → klant

Cross Translation:

From	To	Via
• customer	→ klant	↔ Kunde — jemand, der bei einem bestimmten Geschäft einkauft, ist dessen Kunde; der Käufer einer Ware; derjenige, der eine Dienstleistung in Anspruch nimmt; jeder, der für etwas zahlt (auch wenn die Leistung an einen Dritten geht)
• customer	→ afnemer; cliënt; klant	↔ client — (histoire) Romain qui se placer sous le patronage d’un citoyen noble ou puissant.

Verwante vertalingen van customers

Remove Ads

Vertaal customers van Engels naar Nederlands

Uitgebreide vertaling voor customers (Engels) in het Nederlands

customers:

customers [the ~] zelfstandig naamwoord

the customers (visitors; clients; patrons)

the customers (clientele; patronage; clients; patrons)

the customers

the customers

the customers (patronage; clientele)

Vertaal Matrix voor customers:

Verwante woorden van "customers":

customers vorm van customer:

customer [the ~] zelfstandig naamwoord

the customer (client)

the customer (principal; client)

the customer

the customer

Vertaal Matrix voor customer:

Verwante woorden van "customer":

Synoniemen voor "customer":

Verwante definities voor "customer":

Wiktionary: customer

Verwante vertalingen van customers