Overzicht
Engels naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. externals:
  2. external:
  3. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor externals (Engels) in het Nederlands

externals:

externals [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the externals (outward appearance; externality)
    de uiterlijkheid; de uitwendigheid

Vertaal Matrix voor externals:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
uiterlijkheid externality; externals; outward appearance
uitwendigheid externality; externals; outward appearance

Verwante woorden van "externals":


external:

external bijvoeglijk naamwoord

  1. external (from the outside; outwardly; outside)
    uiterlijk; buitenaf
  2. external (outward; externally; outwardly)
    uitwendig; uiterlijk
  3. external
    – Imported from an accounting system. Refers to the product or service item list that was imported from the accounting system into Business Contact Manager for Outlook. 1
    extern
    • extern bijvoeglijk naamwoord

external [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the external
    de externe
    • externe [de ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor external:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
externe external
uiterlijk appearance; build; exterior; figure; look; looks; stature
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
extern external living away from home; non-resident; remote
uiterlijk external; externally; from the outside; outside; outward; outwardly at the latest
uitwendig external; externally; outward; outwardly
- extraneous; international; outside
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
buitenaf external; from the outside; outside; outwardly
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
- outward

Verwante woorden van "external":


Synoniemen voor "external":


Antoniemen van "external":


Verwante definities voor "external":

  1. happening or arising or located outside or beyond some limits or especially surface2
    • the external auditory canal2
    • external pressures2
  2. purely outward or superficial2
    • external composure2
    • an external concern for reputation2
  3. from or between other countries2
    • external commerce2
  4. coming from the outside2
  5. outward features2
    • he enjoyed the solemn externals of religion2
  6. Imported from an accounting system. Refers to the product or service item list that was imported from the accounting system into Business Contact Manager for Outlook.1

Wiktionary: external

external
adjective
  1. outside of something
external
adjective
  1. uitwendig
  2. zich aan de buitenkant bevindend

Cross Translation:
FromToVia
external extern externaußerhalb eines bestimmten implizit mitdefinierten Bezugsystems