Engels

Uitgebreide vertaling voor fuze (Engels) in het Nederlands

fuze:

to fuze werkwoord, Amerikaans

  1. to fuze (melt; fuse)
    smelten; door hitte vloeibaar worden
  2. to fuze (fuse)
    omsmelten
    • omsmelten werkwoord (smelt om, smolt om, smolten om, omgesmolten)
  3. to fuze (go together; merge; conform; )
    samengaan; een fusie aangaan; fuseren
    • samengaan werkwoord (ga samen, gaat samen, ging samen, gingen samen, samengegaan)
    • een fusie aangaan werkwoord
    • fuseren werkwoord (fuseer, fuseert, fuseerde, fuseerden, gefuseerd)
  4. to fuze (fuse; merge)
    samenvloeien
    • samenvloeien werkwoord (vloei samen, vloeit samen, vloeide samen, vloeiden samen, samengevloeid)
  5. to fuze (melt together; merge; fuse)
    versmelten; fuseren; samensmelten; ineensmelten
    • versmelten werkwoord (versmelt, versmolt, versmolten, versmolten)
    • fuseren werkwoord (fuseer, fuseert, fuseerde, fuseerden, gefuseerd)
    • samensmelten werkwoord (smelt samen, smolt samen, smolten samen, samengesmolten)
    • ineensmelten werkwoord (smelt ineen, smolt ineen, smolten ineen, ineengesmolten)

fuze [the ~] zelfstandig naamwoord, Amerikaans

  1. the fuze (fuse; pith; wick; pip; kernel)
    de ontsteking; de lont
    • ontsteking [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • lont [de ~] zelfstandig naamwoord
  2. the fuze (safety fuse; fuse)
    de zekering; de stop
    • zekering [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • stop [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  3. the fuze (ignition; fuse; inflammation)
    ontbranden; ontvlammen

Vertaal Matrix voor fuze:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
lont fuse; fuze; kernel; pip; pith; wick
ontbranden fuse; fuze; ignition; inflammation
ontsteking fuse; fuze; kernel; pip; pith; wick infection; inflammation
ontvlammen fuse; fuze; ignition; inflammation
smelten defrosting; melting; thawing
stop fuse; fuze; safety fuse
zekering fuse; fuze; safety fuse
- electrical fuse; fuse; fusee; fuzee; primer; priming; safety fuse
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
door hitte vloeibaar worden fuse; fuze; melt
een fusie aangaan conform; follow; fuse; fuze; go together; go with; merge
fuseren conform; follow; fuse; fuze; go together; go with; melt together; merge
ineensmelten fuse; fuze; melt together; merge
omsmelten fuse; fuze
ontbranden burn loose; catch fire; flare up; ignite; inflame; take fire
ontvlammen burn loose; catch fire; flare up; ignite; inflame; take fire
samengaan conform; follow; fuse; fuze; go together; go with; merge
samensmelten fuse; fuze; melt together; merge
samenvloeien fuse; fuze; merge
smelten fuse; fuze; melt
versmelten fuse; fuze; melt together; merge
- fuse
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
- amalgamate; fuse

Synoniemen voor "fuze":


Verwante definities voor "fuze":

  1. any igniter that is used to initiate the burning of a propellant1