Engels
Uitgebreide vertaling voor husbandman (Engels) in het Nederlands
husbandman: (*Woord en zin splitter gebruikt)
- husband: partner; levenspartner; levensgezel; man; echtgenoot; eega; gade; vrouw; echtgenote; gemalin
- man: man; gast; kerel; vent; gozer; knul; knakker; manspersoon; persoon; iemand; mens; wezen; individu; mensenkind; bemannen; goser; schijf; butler; kamerbediende; damschijf; kamerdienaar; herenknecht
husbandman:
Vertaal Matrix voor husbandman:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
- | farmer; granger; sodbuster |