Overzicht
Engels naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. infinitesimal:
  2. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor infinitesimal (Engels) in het Nederlands

infinitesimal:

infinitesimal bijvoeglijk naamwoord

  1. infinitesimal (insignificant; minimal; little; )
    – infinitely or immeasurably small 1
    weinig; minimaal; gering; miniem; minste; luttel
  2. infinitesimal (indivisible)
    ondeelbaar

Vertaal Matrix voor infinitesimal:

Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
gering infinitesimal; insignificant; little; minimal; minor; scant; slight; small modest; unassuming; unpretentious
luttel infinitesimal; insignificant; little; minimal; minor; scant; slight; small few
miniem infinitesimal; insignificant; little; minimal; minor; scant; slight; small facetiously; minimal; slight
minimaal infinitesimal; insignificant; little; minimal; minor; scant; slight; small concise; minimal; succinct
minste infinitesimal; insignificant; little; minimal; minor; scant; slight; small
ondeelbaar indivisible; infinitesimal
weinig infinitesimal; insignificant; little; minimal; minor; scant; slight; small few; little; not a lot; not many; not much
- minute
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
minste fewest; least; lowest; slightest; smallest

Verwante woorden van "infinitesimal":

  • infinitesimally

Synoniemen voor "infinitesimal":


Verwante definities voor "infinitesimal":

  1. infinitely or immeasurably small1
  2. (mathematics) a variable that has zero as its limit1

Wiktionary: infinitesimal

infinitesimal
adjective
  1. very small