Overzicht
Engels naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. latch:
  2. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor latch (Engels) in het Nederlands

latch:

latch [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the latch (bolt; tongue; clasp-fastening; spring-bolt; catch)
    verschuifbare sluiting; de grendel; de tong; de schuif; de schoot
  2. the latch (clasp-lock; clasp-fastening; catch; spring-bolt)
    knipsluiting; knipslot; de knip

Vertaal Matrix voor latch:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
grendel bolt; catch; clasp-fastening; latch; spring-bolt; tongue bolt; clasp
knip catch; clasp-fastening; clasp-lock; latch; spring-bolt bolt; catch; clasp; purse; spring-bolt; wallet
knipslot catch; clasp-fastening; clasp-lock; latch; spring-bolt
knipsluiting catch; clasp-fastening; clasp-lock; latch; spring-bolt
schoot bolt; catch; clasp-fastening; latch; spring-bolt; tongue cutting; lap; shoot; sprig; sprout; uterus; womb
schuif bolt; catch; clasp-fastening; latch; spring-bolt; tongue bolt; clasp
tong bolt; catch; clasp-fastening; latch; spring-bolt; tongue lemon dab; lemon sole; sole
verschuifbare sluiting bolt; catch; clasp-fastening; latch; spring-bolt; tongue
- door latch
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
schoot lap

Verwante woorden van "latch":


Synoniemen voor "latch":


Verwante definities voor "latch":

  1. catch for fastening a door or gate; a bar that can be lowered or slid into a groove1
  2. spring-loaded doorlock that can only be opened from the outside with a key1
  3. fasten with a latch1
    • latch the door1
  4. A short-term synchronization object protecting actions that need not be locked for the life of a transaction. A latch is primarily used to protect a row that the storage engine is actively transferring from a base table or index to the relational engine.2

Wiktionary: latch

latch
noun
  1. fastening for a door
  2. crossbow
latch
noun
  1. constructie om een deur gesloten te houden

Verwante vertalingen van latch