Overzicht
Engels naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. neutrality:
  2. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor neutrality (Engels) in het Nederlands

neutrality:

neutrality [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the neutrality (non-alignment)
    de neutraliteit; de onzijdigheid
  2. the neutrality
    de neutraliteit

Vertaal Matrix voor neutrality:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
neutraliteit neutrality; non-alignment
onzijdigheid neutrality; non-alignment
- disinterest

Synoniemen voor "neutrality":


Verwante definities voor "neutrality":

  1. nonparticipation in a dispute or war1
  2. pH value of 71
  3. tolerance attributable to a lack of involvement1

Wiktionary: neutrality

neutrality
noun
  1. being neutral
neutrality
noun
  1. een onpartijdige houding aanhouden ten opzichte van twee partijen met een geschil

Cross Translation:
FromToVia
neutrality neutraliteit Neutralitätunparteiische, unvoreingenommene Haltung