Engels

Uitgebreide vertaling voor niggling (Engels) in het Nederlands

niggling:

niggling [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the niggling (fiddling; tinkering; pottering)
    knutselen; het knutselwerk; het geknutsel; de knutselarij
  2. the niggling (hairsplitting; nitpicking)
    muggezifterij; de haarkloverij

niggling bijvoeglijk naamwoord

  1. niggling (trifly)
    keutelachtig

Vertaal Matrix voor niggling:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
geknutsel fiddling; niggling; pottering; tinkering
haarkloverij hairsplitting; niggling; nitpicking arguing; pettifoggery; quibble; quibbling; splitting hairs
knutselarij fiddling; niggling; pottering; tinkering
knutselen fiddling; niggling; pottering; tinkering
knutselwerk fiddling; niggling; pottering; tinkering botch job; bungle; bungling; bungling work; shoddy work
muggezifterij hairsplitting; niggling; nitpicking
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
knutselen mess around; potter; tinker
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
keutelachtig niggling; trifly

Verwante woorden van "niggling":


Synoniemen voor "niggling":


niggle:

to niggle werkwoord (niggles, niggled, niggling)

  1. to niggle (split hairs)
  2. to niggle (fidget; twiddle; fiddle)
    frunniken; friemelen; foezelen
    • frunniken werkwoord (frunnik, frunnikt, frunnikte, frunnikten, gefrunnikt)
    • friemelen werkwoord (friemel, friemelt, friemelde, friemelden, gefriemeld)
    • foezelen werkwoord (foezel, foezelt, foezelde, foezelden, gefoezeld)

Conjugations for niggle:

present
  1. niggle
  2. niggle
  3. niggles
  4. niggle
  5. niggle
  6. niggle
simple past
  1. niggled
  2. niggled
  3. niggled
  4. niggled
  5. niggled
  6. niggled
present perfect
  1. have niggled
  2. have niggled
  3. has niggled
  4. have niggled
  5. have niggled
  6. have niggled
past continuous
  1. was niggling
  2. were niggling
  3. was niggling
  4. were niggling
  5. were niggling
  6. were niggling
future
  1. shall niggle
  2. will niggle
  3. will niggle
  4. shall niggle
  5. will niggle
  6. will niggle
continuous present
  1. am niggling
  2. are niggling
  3. is niggling
  4. are niggling
  5. are niggling
  6. are niggling
subjunctive
  1. be niggled
  2. be niggled
  3. be niggled
  4. be niggled
  5. be niggled
  6. be niggled
diverse
  1. niggle!
  2. let's niggle!
  3. niggled
  4. niggling
1. I, 2. you, 3. he/she/it, 4. we, 5. you, 6. they

Vertaal Matrix voor niggle:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
muggenziften split hairs
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
foezelen fiddle; fidget; niggle; twiddle
friemelen fiddle; fidget; niggle; twiddle
frunniken fiddle; fidget; niggle; twiddle
haarkloven niggle; split hairs
muggenziften niggle; split hairs
- bicker; brabble; fret; fuss; pettifog; quibble; squabble

Verwante woorden van "niggle":


Synoniemen voor "niggle":


Verwante definities voor "niggle":

  1. argue over petty things1
  2. worry unnecessarily or excessively1

Wiktionary: niggle

niggle
verb
  1. to fidget, to fiddle, to be restless

Cross Translation:
FromToVia
niggle donderjagen; emmeren; kankeren; katten; preutelen; pezeweven; mopperen; meieren; zaniken; pruttelen; zemelen; zeiken; zeuren nörgelnpenetrant/störend, aber nicht aggressiv seinen Unmut äußern

Verwante vertalingen van niggling