Home ->Woordenboeken ->Engels/Nederlands ->Vertaal noun

Vertaal noun van Engels naar Nederlands

Overzicht

Engels naar Nederlands: Meer gegevens...

noun:
- naamwoord; substantief; znw.; zelfstandig naamwoord
Wiktionary:
- noun → substantief, zelfstandig naamwoord, naamwoord
- noun → zelfstandig naamwoord

Engels

Uitgebreide vertaling voor noun (Engels) in het Nederlands

noun:

noun [the ~] zelfstandig naamwoord

the noun
het naamwoord
- naamwoord [het ~] zelfstandig naamwoord
the noun (substantive; substantive noun)

– the word class that can serve as the subject or object of a verb, the object of a preposition, or in apposition ¹
het substantief; het naamwoord; het znw.; het zelfstandig naamwoord
- substantief [het ~] zelfstandig naamwoord
- naamwoord [het ~] zelfstandig naamwoord
- znw. [het ~] zelfstandig naamwoord
- zelfstandig naamwoord [het ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor noun:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
naamwoord	noun; substantive; substantive noun
substantief	noun; substantive; substantive noun
zelfstandig naamwoord	noun; substantive; substantive noun
znw.	noun; substantive; substantive noun
Over	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
-	substantive

Verwante woorden van "noun":

pronoun, nouns

Synoniemen voor "noun":

content word; open-class word; substantive
major form class

Verwante definities voor "noun":

the word class that can serve as the subject or object of a verb, the object of a preposition, or in apposition¹
a content word that can be used to refer to a person, place, thing, quality, or action¹

Wiktionary: noun

noun

noun

grammatical category
- noun → substantief; zelfstandig naamwoord

noun

noun

een woord dat een persoon of zaak noemt, bepaalt of aanduidt
- naamwoord → noun
zelfstandig naamwoord
- substantief → substantive; noun
een woord dat een ding, een zaak of een toestand aanduidt, in sommige talen voorafgegaan door een lidwoord
- zelfstandig naamwoord → noun

Cross Translation:

From	To	Via
• noun	→ zelfstandig naamwoord	↔ nom — Substantif.
• noun	→ zelfstandig naamwoord	↔ substantif — Qui exprime la substance.

¹WordNet 3.0 Copyright 2006 by Princeton University