Overzicht
Engels naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. readers:
  2. reader:
  3. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor readers (Engels) in het Nederlands

readers:

readers [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the readers (reading public; readership)
    het lezerspubliek; de lezerskring

Vertaal Matrix voor readers:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
lezerskring readers; readership; reading public
lezerspubliek readers; readership; reading public

Verwante woorden van "readers":


readers vorm van reader:

reader [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the reader
    de lezer
    • lezer [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  2. the reader
    de voorlezer
  3. the reader
    de lezeres
    • lezeres [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
  4. the reader
    het leesapparaat
  5. the reader (reading book)
    het leesboek
    • leesboek [het ~] zelfstandig naamwoord
  6. the reader
    – A person who is allowed to view and read content. 1
    de lezer
    • lezer [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor reader:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
leesapparaat reader
leesboek reader; reading book
lezer reader
lezeres reader
voorlezer reader
- interrogator; lector; lecturer; proofreader; referee; reviewer; subscriber
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
- publisher's reader; senior lecturer; senior research fellow; senior university lecturer; woman reader

Verwante woorden van "reader":


Synoniemen voor "reader":


Verwante definities voor "reader":

  1. one of a series of texts for students learning to read2
  2. a public lecturer at certain universities2
  3. someone who reads the lessons in a church service; someone ordained in a minor order of the Roman Catholic Church2
  4. someone who reads proof in order to find errors and mark corrections2
  5. a person who enjoys reading2
  6. a person who can read; a literate person2
  7. someone who reads manuscripts and judges their suitability for publication2
  8. someone who contracts to receive and pay for a service or a certain number of issues of a publication2
  9. A person who is allowed to view and read content.1
  10. A device that reads RFID tags and passes tag information in a digital form to a computer system.1

Wiktionary: reader

reader
noun
  1. person who reads a publication
reader
noun
  1. een boek met teksten, meestal om kinderen te leren lezen
  2. iemand die (een bepaald geschrift) leest

Cross Translation:
FromToVia
reader lezer lecteur — celui qui lit

Verwante vertalingen van readers