Rulers in het Nederlands vertaald uit het Engels

Remove Ads

Overzicht

Engels naar Nederlands: Meer gegevens...

rulers:
- duimstokken; maatstokken
ruler:
- liniaal; regeerder; heer; soeverein; heerser; machthebber; autoriteit; instantie; gezagsorgaan; bevelhebber; meester; baas; beheerser; gebieder; majesteit; vorst; overheerser; overweldiger
Wiktionary:
- ruler → meetlat, liniaal, beheerser, heerser, machthebber, vorst
- ruler → regel, gebieder, beheerser, heerser

Engels

Uitgebreide vertaling voor rulers (Engels) in het Nederlands

rulers:

rulers [the ~] zelfstandig naamwoord

the rulers (folding rules)
de duimstokken; de maatstokken
- duimstokken [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.
- maatstokken [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

Vertaal Matrix voor rulers:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
duimstokken	folding rules; rulers
maatstokken	folding rules; rulers

Verwante woorden van "rulers":

ruler

ruler:

ruler [the ~] zelfstandig naamwoord

the ruler
de liniaal
- liniaal [de ~] zelfstandig naamwoord
the ruler
de regeerder
- regeerder [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
the ruler (mister; gent; lord; master; king)
de heer; de soeverein; de heerser; de machthebber
- heer [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- soeverein [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- heerser [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- machthebber [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
the ruler (authority)
de autoriteit; de instantie; het gezagsorgaan
- autoriteit [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- instantie [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- gezagsorgaan [het ~] zelfstandig naamwoord
the ruler (commander; lord)
de bevelhebber; de meester; de baas; de beheerser; de gebieder
- bevelhebber [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- meester [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- baas [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- beheerser [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- gebieder [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
the ruler (monarch; sovereign)
de soeverein; de majesteit; de vorst
- soeverein [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- majesteit [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
- vorst [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
the ruler (usurper)
de overheerser; de overweldiger
- overheerser [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
- overweldiger [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
the ruler

– An on-screen scale marked off in inches or other units of measure and used to show line widths, tab settings, paragraph indents, and so on. ¹
liniaal
- liniaal

Vertaal Matrix voor ruler:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
autoriteit	authority; ruler	authority; command; dominion; mastery; power
baas	commander; lord; ruler	boss; chief; head; leader; master; principal; superior
beheerser	commander; lord; ruler
bevelhebber	commander; lord; ruler	captain; commander; commanding officer; lieutenant-colonel
gebieder	commander; lord; ruler
gezagsorgaan	authority; ruler
heer	gent; king; lord; master; mister; ruler	Creator; God; Heavenly Father; Lord of Heaven; Omnipotence; supreme being
heerser	gent; king; lord; master; mister; ruler	king; monarch
instantie	authority; ruler	bureau; office; organisation; organization
liniaal	ruler	measuring rod; measuring staff
machthebber	gent; king; lord; master; mister; ruler
majesteit	monarch; ruler; sovereign
meester	commander; lord; ruler	LL.M.; boss; captain; chief; educator; engine driver; guild master; instructor; jurist; lawyer; leader; legal expert; master; pedagogue; principal; school teacher; schoolmaster; schoolteacher; skipper; teacher; tutor
overheerser	ruler; usurper	bully; despot; madman; oppressor; tyrant
overweldiger	ruler; usurper
regeerder	ruler
soeverein	gent; king; lord; master; mister; monarch; ruler; sovereign	absolute monarch; absolute sovereign; king; monarch
vorst	monarch; ruler; sovereign	king; monarch
-	rule; swayer
Bijvoeglijk Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
soeverein		sovereign
Not Specified	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
liniaal	ruler
Over	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
-	king; sire; sovereign

Verwante woorden van "ruler":

rulers

Synoniemen voor "ruler":

rule; measuring stick; measure; measuring rod
swayer; person; individual; someone; somebody; mortal; soul

Verwante definities voor "ruler":

measuring stick consisting of a strip of wood or metal or plastic with a straight edge that is used for drawing straight lines and measuring lengths²
a person who rules or commands²
An on-screen scale marked off in inches or other units of measure and used to show line widths, tab settings, paragraph indents, and so on.¹

Wiktionary: ruler

ruler

noun

measuring or drawing device
- ruler → meetlat; liniaal

ruler

noun

iemand die iets beheerst
- beheerser → ruler
iemand die de macht uitoefent
- heerser → ruler
een persoon met gezag
- machthebber → ruler
heerser
- vorst → ruler

Cross Translation:

From	To	Via
• ruler	→ regel	↔ Lineal — Leiste (meist aus Holz oder Kunststoff bestehend), an der Längenmarkierungen markiert sind, um gerade Linien (mit bestimmten Längen) zu ziehen
• ruler	→ gebieder; beheerser; heerser	↔ dominateur — Celui, celle qui dominer, qui s’arroger une grande autorité, qui exercer un grand empire.
• ruler	→ regel	↔ règle — instrument de bois, de métal ou de quelque autre matière, qui sert à guider la main quand on vouloir tracer des lignes droites.

Remove Ads

Vertaal rulers van Engels naar Nederlands

Uitgebreide vertaling voor rulers (Engels) in het Nederlands

rulers:

rulers [the ~] zelfstandig naamwoord

the rulers (folding rules)

Vertaal Matrix voor rulers:

Verwante woorden van "rulers":

ruler:

ruler [the ~] zelfstandig naamwoord

the ruler

the ruler

the ruler (mister; gent; lord; master; king)

the ruler (authority)

the ruler (commander; lord)

the ruler (monarch; sovereign)

the ruler (usurper)

the ruler

Vertaal Matrix voor ruler:

Verwante woorden van "ruler":

Synoniemen voor "ruler":

Verwante definities voor "ruler":

Wiktionary: ruler