Overzicht
Engels naar Nederlands:   Meer gegevens...
  1. rush hour:
  2. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor rush hour (Engels) in het Nederlands

rush hour:

rush hour [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the rush hour (peak hour)
    het spitsuur; de spits
    • spitsuur [het ~] zelfstandig naamwoord
    • spits [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor rush hour:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
spits peak hour; rush hour apex; crest; flank guard; left winger; outside left; outside right; right-winger; summit; tip; vertex; wing-player; winger; wingplayer
spitsuur peak hour; rush hour
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
spits keen; pointed; sharp

Synoniemen voor "rush hour":


Verwante definities voor "rush hour":

  1. the times at the beginning and end of the working day when many people are traveling to or from work1

Wiktionary: rush hour

rush hour
noun
  1. times of day when traffic jams are commonplace, principally due to commuting

Cross Translation:
FromToVia
rush hour spitsuur heure de pointe — Période de la journée pendant laquelle une consommation, une fréquentation ou un trafic est le plus important.

Verwante vertalingen van rush hour