Overzicht
Engels naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. flesh:
  2. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor flesh (Engels) in het Zweeds

flesh:

flesh [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the flesh (meat)
    kött; fläsk
    • kött [-ett] zelfstandig naamwoord
    • fläsk [-ett] zelfstandig naamwoord
  2. the flesh (pulp)
    fruktkött

flesh

  1. flesh

Vertaal Matrix voor flesh:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
fläsk flesh; meat bacon; pork
fruktkött flesh; pulp
kött flesh; meat meat; meats
- pulp
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
hull flesh

Verwante woorden van "flesh":

  • fleshes

Synoniemen voor "flesh":


Verwante definities voor "flesh":

  1. the soft tissue of the body of a vertebrate: mainly muscle tissue and fat1
  2. a soft moist part of a fruit1
  3. remove adhering flesh from (hides) when preparing leather manufacture1

Wiktionary: flesh

flesh
noun
  1. animal tissue as food
  2. body tissue

Cross Translation:
FromToVia
flesh kött FleischAnatomie: Muskel- und häufig auch Fettgewebe
flesh kött Fleischantiquiert: der menschliche Körper
flesh kött chair — Toutes les parties molles du corps. (Sens général).

Verwante vertalingen van flesh