Overzicht
Engels naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. pollen:
  2. poll:
  3. Wiktionary:


Engels

Uitgebreide vertaling voor pollen (Engels) in het Zweeds

pollen:

pollen [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the pollen
    pollen
    • pollen zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor pollen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
pollen pollen
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
frömjöl pollen
ståndarmjöl pollen

Verwante woorden van "pollen":


Synoniemen voor "pollen":


Verwante definities voor "pollen":

  1. the fine spores that contain male gametes and that are borne by an anther in a flowering plant1

Wiktionary: pollen


Cross Translation:
FromToVia
pollen pollen PollenBlütenstaub
pollen frömjöl pollen — Particules reproductrices mâles

pollen vorm van poll:

poll [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the poll (opinion poll)
    opinionsundersökning

poll bijvoeglijk naamwoord

  1. poll (hornless; polled)
    hornlös; hornlöst

Vertaal Matrix voor poll:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
opinionsundersökning opinion poll; poll opinion poll
- canvass; crown; opinion poll; pate; poll parrot; public opinion poll
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
- canvas; canvass; pollard
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
hornlös hornless; poll; polled
hornlöst hornless; poll; polled

Verwante woorden van "poll":


Synoniemen voor "poll":


Verwante definities voor "poll":

  1. the counting of votes (as in an election)1
  2. a tame parrot1
  3. the part of the head between the ears1
  4. the top of the head1
  5. an inquiry into public opinion conducted by interviewing a random sample of people1
  6. convert into a pollard1
  7. get the opinions (of people) by asking specific questions1
  8. get the votes of1
  9. vote in an election at a polling station1

Wiktionary: poll


Cross Translation:
FromToVia
poll omröstning scrutin — politique|fr vote au moyen de bulletins ou de boules que l’on dépose dans une urne, d’où on les tire ensuite pour les compter.
poll välja; rösta élire — Choisir entre plusieurs personnes ou plusieurs choses. (Sens général).