Home ->Woordenboeken ->Engels/Zweeds ->Vertaal trough

Vertaal trough van Engels naar Zweeds

Overzicht

Engels naar Zweeds: Meer gegevens...

trough:
- kontinuerlig; kontinuerligt
- fodertråg; tråg; matskål; våga igenom
- ho
Wiktionary:
- trough → tråg, ho, matho, vattenho, ränna, takränna, vågdal
- trough → tråg, vattningsställe, vattenho

Engels

Uitgebreide vertaling voor trough (Engels) in het Zweeds

trough:

trough bijvoeglijk naamwoord

trough (continuous; running; non stop)
kontinuerlig; kontinuerligt
- kontinuerlig bijvoeglijk naamwoord
- kontinuerligt bijvoeglijk naamwoord

trough [the ~] zelfstandig naamwoord

the trough (feeding-trough; food-trough)
fodertråg
- fodertråg zelfstandig naamwoord
the trough (food bowl; feed box)
tråg; matskål
- tråg [-ett] zelfstandig naamwoord
- matskål zelfstandig naamwoord
the trough (wave-through)
våga igenom
- våga igenom zelfstandig naamwoord

trough

trough (sink)
ho
- ho

Vertaal Matrix voor trough:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
fodertråg	feeding-trough; food-trough; trough	feed box; feeder; feeding-trough
matskål	feed box; food bowl; trough
tråg	feed box; food bowl; trough	bowl
våga igenom	trough; wave-through
-	bowl; gutter; manger; public treasury; till
Over	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
ho	sink; trough
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
kontinuerlig	continuous; non stop; running; trough	all along; all the time; connected; constant; continual; continuous; everlasting; laced; lasting; non stop; permanent; persistent; repeated; restless; unbroken; unceasing; undisturbed; uninterrupted; unremitting; untiring
kontinuerligt	continuous; non stop; running; trough	constant; continuous; everlasting; lasting; non stop; persistent; repeated; uninterrupted; unremitting

Synoniemen voor "trough":

natural depression; depression
gutter; channel
bowl; concave shape; concavity; incurvation; incurvature
public treasury; till; treasury; exchequer
receptacle
manger; container

Verwante definities voor "trough":

a channel along the eaves or on the roof; collects and carries away rainwater¹
a container (usually in a barn or stable) from which cattle or horses feed¹
a long narrow shallow receptacle¹
a narrow depression (as in the earth or between ocean waves or in the ocean bed)¹
a treasury for government funds¹
a concave shape with an open top¹

Wiktionary: trough

trough

noun

a long, narrow, open container for feeding animals
- trough → tråg; ho; matho; vattenho
a long, narrow container open at the top
- trough → tråg
short, narrow drainage canal
- trough → ränna
a gutter under the eaves of a building
- trough → takränna
a long, narrow depression between waves or ridges
- trough → vågdal
a linear atmospheric depression associated with a weather front
- trough → tråg

Cross Translation:

From	To	Via
• trough	→ tråg	↔ trog — een langgerekte voederbak.
• trough	→ tråg	↔ Molle — norddeutsch: Mulde, Backtrog
• trough	→ tråg	↔ Trog — größeres längliches Gefäß, in das man zum Beispiel Wasser oder Futter für Tiere gibt oder in dem Teig zubereitet wurde
• trough	→ vattningsställe; vattenho	↔ abreuvoir — lieu où les cheval et les bestiaux peuvent boire.

Verwante vertalingen van trough

¹WordNet 3.0 Copyright 2006 by Princeton University