Vessel in het Zweeds vertaald uit het Engels

Overzicht

Engels naar Zweeds: Meer gegevens...

vessel:
- hink; fat; båt; skepp; fartyg; farkost
Wiktionary:
- vessel → fartyg, behållare
- vessel → kärl, ådra, fartyg, båt, skepp, brädgård, villervalla, oreda, byggarbetsplats, varv, stapelbädd, vas, kanna

Engels

Uitgebreide vertaling voor vessel (Engels) in het Zweeds

the vessel (barrel; bucket; vat; tub; cask; drum; pan; pail; butt; hold)
hink; fat
- hink [-en] zelfstandig naamwoord
- fat [-ett] zelfstandig naamwoord
the vessel (ship; boat; craft)

– a craft designed for water transportation ¹
båt; skepp; fartyg; farkost
- båt [-en] zelfstandig naamwoord
- skepp [-ett] zelfstandig naamwoord
- fartyg [-ett] zelfstandig naamwoord
- farkost [-en] zelfstandig naamwoord
the vessel
fartyg
- fartyg [-ett] zelfstandig naamwoord

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
båt	boat; craft; ship; vessel
farkost	boat; craft; ship; vessel	vessels
fartyg	boat; craft; ship; vessel	boats; ships; vessels
fat	barrel; bucket; butt; cask; drum; hold; pail; pan; tub; vat; vessel	basin; bowl; saucer; socket; subsidence; water-basin
hink	barrel; bucket; butt; cask; drum; hold; pail; pan; tub; vat; vessel	buckets
skepp	boat; craft; ship; vessel	boats; ships; vessels
-	vas; watercraft

vessel

noun

Cross Translation:

From	To	Via
• vessel	→ kärl	↔ Gefäß — allgemein: ein Behälter, in dem Stoffe verschiedener Beschaffenheit aufbewahrt und transportiert werden können
• vessel	→ kärl; ådra	↔ Gefäß — Anatomie: schlauchförmiger Leitungsabschnitt für Körperflüssigkeiten wie Blut oder Lymphflüssigkeiten
• vessel	→ fartyg	↔ Wasserfahrzeug — allgemeine Bezeichnung für ein Boot, Schiff oder Ähnliches
• vessel	→ båt; fartyg; skepp	↔ bateau — Ouvrage flottant destiné à la navigation
• vessel	→ brädgård; villervalla; oreda; byggarbetsplats; varv; stapelbädd	↔ chantier — lieu où l’on ranger, où l’on entasse des piles de gros bois à brûler, de bois de charpente, ou de charronnage.
• vessel	→ vas; kanna	↔ pot — vase de terre ou de métal servant à divers usages.
• vessel	→ kärl	↔ vaisseau — (vieilli) vase, ustensile, de toute matière, destiner à contenir des liquides.