Home ->Woordenboeken ->Spaans/Duits ->Zoek: chino

Spaanse en Duitse zoekresultaten voor: chino

Overzicht

Spaans naar Duits: Meer gegevens...

chino:
- Chinese
- chinesisch
Wiktionary:
- chino → chinesisch
- chino → Chinesisch, Chinese
- chino → Chinese, Chinesin, Chinesinnen, Chinesen, chinesisch, lockig, Kind, Chinesisch, quacksalbern

Spaans

Uitgebreide vertaling voor chino (Spaans) in het Duits

chino:

chino [el ~] zelfstandig naamwoord

el chino
der Chinese
- Chinese [der ~] zelfstandig naamwoord

chino bijvoeglijk naamwoord

chino
chinesisch
- chinesisch bijvoeglijk naamwoord

Vertaal Matrix voor chino:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
Chinese	chino	restaurante chino
Bijwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
chinesisch	chino

Wiktionary: chino

chino

adjective

zu China gehörig
- chinesisch → chino
zur Schriftsprache Chinesisch oder einer der in China gesprochenen Sprachen gehörig (nicht steigerbar)
- chinesisch → chino
zum Volk der Chinesen gehörig
- chinesisch → chino

noun

Sprache in China, Sammelbegriff für die von Chinesen gesprochenen Sprachen und Dialekte (Hochchinesisch, Wu, Kantonesisch, Min Nan, Jinyu, Xiang, Hakka, Gan)
- Chinesisch → chino
Mensch, dessen Vorfahren aus China kommen
- Chinese → chino
Staatsbürger von China
- Chinese → chino

Cross Translation:

From	To	Via
• chino	→ Chinese; Chinesin; Chinesinnen; Chinesen	↔ Chinese — person born in China
• chino	→ chinesisch	↔ Chinese — relating to China
• chino	→ lockig	↔ curly — having curls
• chino	→ Kind	↔ kid — child (colloq.)
• chino	→ Chinese; Chinesin	↔ Chinois — géog\|nocat=1 habitant de la Chine.
• chino	→ chinesisch	↔ chinois — Qui se rapporte aux Chinois, à la Chine.
• chino	→ Chinesisch	↔ chinois — Langue officielle de la Chine
• chino	→ quacksalbern	↔ rouler dans la farine — (figuré) berner, duper.

Verwante vertalingen van chino