Home ->Woordenboeken ->Spaans/Duits ->Zoek: inflamar

Spaanse en Duitse zoekresultaten voor: inflamar

Overzicht

Spaans naar Duits: Meer gegevens...

inflamar:
- Wiktionary:
  inflamar → zünden
  inflamar → entzünden, in Brand stecken, anzünden, anstecken
- Synoniemen voor "inflamar":
  apasionar; excitar; exaltar; enardecer; acalorar; encender; enconar; alterar

Spaans

Uitgebreide vertaling voor inflamar (Spaans) in het Duits

inflamar: ^{(*Woord en zin splitter gebruikt)}

inflar: Aufpumpen; tun aufschwellen
mar: See; Treiben; Sintflut; Tumult; Seegang; Meer; Wellengang; Wellenschlag; Dünung
inflarse: schwellen; anschwellen; aufbauschen; aufschwellen; sich wölben

inflamar:

Synoniemen voor "inflamar":

apasionar; excitar; exaltar; enardecer; acalorar; encender; enconar; alterar

Wiktionary: inflamar

inflamar

verb

etwas in Brand stecken oder einen Verbrennungsprozess in Gang setzen
- zünden → inflamar

Cross Translation:

From	To	Via
• inflamar	→ entzünden	↔ ontsteken — in vlammen (doen) opgaan
• inflamar	→ in Brand stecken; anzünden; anstecken	↔ enflammer — mettre en flamme.