Overzicht
Spaans naar Engels:   Meer gegevens...
  1. inconstancia:
  2. Wiktionary:


Spaans

Uitgebreide vertaling voor inconstancia (Spaans) in het Engels

inconstancia:

inconstancia [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. la inconstancia (variabilidad)
    the variability; the instability
  2. la inconstancia (vivacidad)
    the liveliness
  3. la inconstancia (capricho; antojo; irregularidad; veleidad; volubilidad)
    the inconstancy

Vertaal Matrix voor inconstancia:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
inconstancy antojo; capricho; inconstancia; irregularidad; veleidad; volubilidad
instability inconstancia; variabilidad brevedad
liveliness inconstancia; vivacidad agilidad; animación; temperamento; viveza
variability inconstancia; variabilidad variabilidad

Synoniemen voor "inconstancia":


Wiktionary: inconstancia

inconstancia
noun
  1. lack of constancy