Overzicht
Spaans naar Engels:   Meer gegevens...
  1. piel:
  2. Wiktionary:


Spaans

Uitgebreide vertaling voor piel (Spaans) in het Engels

piel:

piel [la ~] zelfstandig naamwoord

  1. la piel (cuero; pellejo; cutis)
    the skin; the pelt; the hide
    • skin [the ~] zelfstandig naamwoord
    • pelt [the ~] zelfstandig naamwoord
    • hide [the ~] zelfstandig naamwoord
    the coat
    – growth of hair or wool or fur covering the body of an animal 1
    • coat [the ~] zelfstandig naamwoord
  2. la piel (cáscara)
    the peel; the rind; the shell; the skin
    • peel [the ~] zelfstandig naamwoord
    • rind [the ~] zelfstandig naamwoord
    • shell [the ~] zelfstandig naamwoord
    • skin [the ~] zelfstandig naamwoord
  3. la piel (pelo; lana; pelaje)
    the fur
    • fur [the ~] zelfstandig naamwoord
  4. la piel (cubrimiento; corteza; envoltura; )
    the wrapper; the shell
    • wrapper [the ~] zelfstandig naamwoord
    • shell [the ~] zelfstandig naamwoord
  5. la piel (cuello de piel)
    the fur boa; the fur; the fur scarf
    • fur boa [the ~] zelfstandig naamwoord
    • fur [the ~] zelfstandig naamwoord
    • fur scarf [the ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor piel:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
coat cuero; cutis; pellejo; piel abrigo; americana; anorak; capa; cazadora; chaqueta; chaquetón; traje sastre
fur cuello de piel; lana; pelaje; pelo; piel abrigo de piel
fur boa cuello de piel; piel
fur scarf cuello de piel; piel
hide cuero; cutis; pellejo; piel
peel cáscara; piel
pelt cuero; cutis; pellejo; piel
rind cáscara; piel corteza; costra; costrita; cuscurro; postilla; zoquete
shell bandeja; capa; caparazón; casquillo; concha; corteza; cubrimiento; cápsula; cáscara; envoltura; estuche; funda; peso; piel; plato; tapón; vaina armadura; armazón; artefacto; bastidor; bomba; caja; capa; caparazón; capuchón; casquillo; chirona; concha; corteza; cubrimiento; cápsula; cáscara; embalaje; envoltorio; envoltura; esqueleto; estructura; estuche; funda; marco; paquete; shell
skin cuero; cutis; cáscara; pellejo; piel máscara; pellejo
wrapper bandeja; capa; caparazón; casquillo; concha; corteza; cubrimiento; cápsula; cáscara; envoltura; estuche; funda; peso; piel; plato; tapón; vaina caja; capa; caparazón; casquillo; concha; cubrimiento; cápsula; cáscara; embalaje; envase; envoltorio; envoltura; estuche; paquete; sobre
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
coat cubrir
hide buscar defensa; buscar refugio; cobijarse; disimular; esconder; esconderse; ocultar; ponerse a cubierto; refugiarse; velar
peel descascarrillarse; desconcharse; despellejarse; mondar; mudar la piel; pelar; pelarse; quitar la piel a; sacar la piel
pelt llover a chuzos; llover a cántaros; llover torrencialmente
rind mondar; pelar; quitar la piel a; sacar la piel
shell bombardear
skin cambiar el aspecto visual; cepillar; desbastar; deshuesar; desollar; despellejar; despellejarse; mondar; mudar la piel; pelar; pelarse; quitar la piel; quitar la piel a; sacar la piel
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
fur empañarse

Verwante woorden van "piel":


Synoniemen voor "piel":


Wiktionary: piel

piel
noun
  1. skin of an animal
  2. insulating skin with the wool attached
  3. outer covering of the body of a person or animal

Cross Translation:
FromToVia
piel fur; fleece pels — de dichtbehaarde huid van verschillende dieren
piel skin huid — vel, de buitenste laag weefsel die het lichaam bedekt
piel fur; pelt Fell — die behaarte Haut eines Tieres
piel skin Haut — größtes Sinnesorgan bei Menschen und Tieren, das gleichzeitig als Schutz des darunter liegenden Gewebes, Atmung, Wärmeregulierung und anderem dient
piel peel Pellenorddeutsch, insbesondere auf Essware bezogen: die Schale von Obst, Gemüse, Eiern, die Hülle der Wurst und Ähnlichem; die Haut von gebratenem Fleisch und Fisch, auch: menschliche oder tierische Haut, Oberbekleidung
piel pelt; fur; hide Pelz — behaartes Tierfell
piel skin; peel Schale — eine feste Schutzhülle bei Frucht, Samen, Vogeleiern, Lebensmitteln
piel skin peau — anatomie|fr enveloppe d’un corps humain ou animal.
piel peel; zest zeste — Partie mince de l’écorce
piel bark; shell; hull écorce — Partie superficielle et protectrice des arbres et des végétaux

Verwante vertalingen van piel